26 463
Regels omtrent het transport en de levering van gas (Gaswet)

nr. 62
AMENDEMENT VAN HET LID VAN DEN AKKER

Ontvangen 28 maart 2000

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

Na artikel 25 wordt ingevoegd een nieuw artikel, luidende:

Artikel 25a

1. Een gastransportbedrijf verschaft de directeur-generaal eenmaal in elke twee jaar een overzicht van de capaciteit binnen zijn gastransportnet, onderscheidenlijk de in artikel 5, eerste lid, bedoelde installaties van het verwante bedrijf.

2. Een gastransportbedrijf verschaft de directeur-generaal eenmaal in elke twee jaar zo nauwkeurig mogelijke ramingen van de totale behoefte aan de in het eerste lid bedoelde capaciteit. Bij het opstellen van de ramingen wordt uitgegaan van een periode van twee jaar te rekenen vanaf het moment waarop het in het eerste lid bedoelde overzicht aan de directeur-generaal is verschaft. Het gasbedrijf vermeldt de daarbij gemaakte vooronderstellingen en de gemaakte van belang zijnde onderscheidingen.

3. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld ten aanzien van de inhoud van de ingevolge het eerste en tweede lid te verschaffen gegevens.

Toelichting

Het onvoldoende beschikbaar zijn van de door netgebruikers gewenste en benodigde capaciteit kan de met de Gaswet beoogde marktwerking in ernstige mate verstoren. Een reactief optreden op basis van de Mededingingswet kan geen oplossing bieden voor dit probleem, omdat het bouwen van capaciteit geruime tijd in beslag neemt. De voorgestelde regeling verzekert dat een (toekomstig) gebrek aan benodigde capaciteit tijdig wordt gesignaleerd. Marktpartijen kunnen daardoor tijdig de nodige maatregelen treffen, teneinde te voorkomen dat zij met capaciteitsgebrek worden geconfronteerd.

Van den Akker

Naar boven