26 463
Regels omtrent het transport en de levering van gas (Gaswet)

nr. 100
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 27 oktober 2000

Bij de behandeling van het voorstel voor de Gaswet in de Tweede Kamer is door uw Kamer een amendement aangenomen dat beoogt de leveringszekerheid van beschermde afnemers gedurende het traject naar vrijmaking van de markt te waarborgen door het bestaande stelsel van exclusieve contracten op basis van «Vollversorgung» voor die afnemers in stand te laten. Het amendement is vervolgens neergelegd in artikel 87 van de Gaswet. Het betreffende artikel bepaalt dat Gasunie verplicht is – tot een door mij nader te bepalen datum – gas te leveren aan vergunninghouders ten behoeve van de levering van gas aan beschermde afnemers. De vergunninghouders zijn verplicht het voor die afnemers benodigde gas van Gasunie af te nemen, overeenkomstig de tussen Gasunie en de vergunninghouders gesloten of te sluiten overeenkomsten.

Graag informeer ik u in deze brief over mijn ideeën betreffende de nader te bepalen datum tot wanneer bedoelde verplichtingen tot levering en afname zullen gelden.

Gezien het bovenbeschreven doel van artikel 87 stel ik voor deze verplichtingen, te laten vervallen op het moment dat de markt geen beschermde afnemers meer kent, doch uiterlijk met ingang van 1-1-2004. Immers, op deze datum is volledige vrijmaking van de markt voorzien en ook artikelen die gedurende de overgangsperiode van kracht zijn vervallen per deze datum.

Hierbij heb ik mede in overweging genomen dat Gasunie heeft aangekondigd – in het belang van alle marktpartijen bij duidelijkheid – haar afnemers, de vergunninghouders, te ontslaan van exclusieve afname zodra de beschermde eindverbruikers de keuze hebben om zelf een leverancier te kiezen en in elk geval niet later dan per 1 januari 2004.

De Minister van Economische Zaken,

A. Jorritsma-Lebbink

Naar boven