26 456
Nieuwe regels omtrent het openbaar vervoer en besloten busvervoer (Wet personenvervoer 2000)

nr. 27
VIJFDE NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 29 maart 2000

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 3, eerste lid, wordt «en 55 tot en met 61.» vervangen door: , 55 tot en met 61 en 71.

B

In artikel 76 wordt aan het slot van de eerste volzin de punt vervangen door: en kunnen regels worden gesteld over de daaraan te verbinden verplichtingen.

Toelichting

Onderdeel A

Artikel 71 heeft betrekking op de rijksbijdrage voor exploitatie voor openbaar vervoer en wordt als gevolg van deze wijziging onder de afwijkingsbevoegdheid ten behoeve van experimenten in het openbaar vervoer gebracht. Vermelding van artikel 71 in de opsomming in artikel 3, eerste lid, maakt het mogelijk om experimenten met de rijksbijdrage uit te voeren. Aanleiding hiertoe is de intentie om in enkele pilots te onderzoeken in hoeverre het mogelijk is meerjarenafspraken te maken waarbij grotere financiële zekerheid voor concessieverleners gekoppeld kan worden aan het versneld realiseren van doelstellingen ten aanzien van het regionale verkeers- en vervoerbeleid. Met deze wijziging wordt de daartoe benodigde bevoegdheid tot afwijking van de in het wetsvoorstel neergelegde algemene rijksbijdragesystematiek geregeld.

Onderdeel B

Door de in dit onderdeel opgenomen toevoeging is een grondslag opgenomen om in de bij of krachtens algemene maatregel van bestuur of bij ministeriële regeling vast te stellen regeling doelgebonden verplichtingen op te nemen waarvoor op grond van artikel 4:38 van de Algemene wet bestuursrecht een wettelijke basis nodig is. In het kader van experimenten met meerjarenafspraken tussen minister en concessieverleners wordt de mogelijkheid om doelgebonden verplichtingen op te kunnen leggen noodzakelijk geacht. De in meerjarenafspraken neergelegde tegenprestatie zal als een verplichting, zolang deze strekt ter verwezenlijking van het doel van de subsidie, aan de subsidieverlening kunnen worden verbonden waardoor de naleving hiervan kan worden gehandhaafd.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

T. Netelenbos

Naar boven