26 410
Wijziging van bepalingen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens

nr. 10
DERDE NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 24 november 2000

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

In hoofdstuk 8, artikel 1, onderdeel D, komt punt 2 te luiden:

2. Het tweede lid komt te luiden:

2. Aan autoriteiten buiten Nederland worden in de bij algemene maatregel van bestuur te bepalen gevallen uit het register op de door de Dienst Wegverkeer te bepalen wijze en tegen betaling van het door deze dienst vastgestelde tarief, gegevens verstrekt.

Toelichting

De geldende tekst van het tweede lid van artikel 43 schrijft wat betreft de gegevensverstrekking uit het kentekenregister aan buitenlandse autoriteiten een internationale overeenkomst voor die tussen Nederland en het betrokken andere land is gesloten. In het licht van de richtlijn kan deze voorwaarde in zijn algemeenheid niet langer worden gehandhaafd. De richtlijn harmoniseert immers in het belang van een vrij verkeer van persoonsgegevens in de interne markt de privacywetgeving van de onderscheidene lidstaten van de Europese Unie. Aan het gegevensverkeer tussen de lidstaten mogen in het belang van de bescherming van de persoonlijke levenssfeer geen andere voorwaarden die bovenop de richtlijn komen, worden gesteld. Binnen het kader van de richtlijn mogen uiteraard wel nadere voorwaarden worden gesteld (artikel 5 van de richtlijn). Daarnaast kent de richtlijn specifieke bepalingen voor de uitwisseling van gegevens met landen buiten de Europese Unie (artikelen 25 en 26 van de richtlijn).

De nieuwe tekst van het tweede lid sluit aan bij de overeenkomstige, reeds bestaande bepaling ten aanzien van de verstrekking van gegevens omtrent rijbewijzen aan buitenlandse autoriteiten (artikel 127, tweede lid, Wegenverkeerswet 1994). Het voornemen bestaat om bij algemene maatregel van bestuur de nadere modaliteiten van de gegevensverstrekking aan te geven. Daarbij wordt gedacht aan het maken van onderscheid tussen persoonsgegevens en andere gegevens alsmede aan het onderscheid tussen gegevensverkeer binnen de Europese Unie en gegevensverkeer met landen buiten de Europese Unie.

Volledigheidshalve kan nog worden opgemerkt dat met de autoriteiten, bedoeld in het eerste lid, uiteraard enkel de Nederlandse autoriteiten worden gedoeld.

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals

De Minister voor Grote Steden- en Integratiebeleid,

R. H. L. M. van Boxtel

Naar boven