26 339
Voorschriften van tijdelijke aard, waaronder wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, in verband met de vernieuwing van opleidingen in het wetenschappelijk onderwijs op het gebied van de natuur (Tijdelijke wet aanwijzing bèta-opleidingen)

nr. 1
KONINKLIJKE BOODSCHAP

Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Wij bieden U hiernevens ter overweging aan een voorstel van wet houdende voorschriften van tijdelijke aard, waaronder wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, in verband met de vernieuwing van opleidingen in het wetenschappelijk onderwijs op het gebied van de natuur (Tijdelijke wet aanwijzing bèta-opleidingen).

De memorie van toelichting, die het wetsvoorstel vergezelt, bevat de gronden waarop het rust.

En hiermede bevelen Wij U in Godes heilige bescherming.

's-Gravenhage

9 december 1998

Beatrix

nr. 2
VOORSTEL VAN WET

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is uitvoering te geven aan het in het hoger onderwijs- en onderzoekplan 1998 aangekondigde voornemen om opleidingen in het wetenschappelijk onderwijs op het gebied van de natuur en de opleiding moleculaire wetenschappen inhoudelijk te vernieuwen;

dat in verband hiermee een regeling wordt getroffen, op grond waarvan de periode waarin studenten aan deze opleidingen aanspraak op studiefinanciering hebben, met een jaar kan worden verlengd;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

HOOFDSTUK 1. PROCEDURE BESLUITVORMING EN REGISTRATIE BETA-OPLEIDINGEN

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze wet wordt verstaan onder:

a. wet: de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek;

b. instellingsbestuur: het instellingsbestuur van een universiteit als bedoeld in artikel 1.8 van de wet;

c. opleiding: een opleiding als bedoeld in artikel 7.3 van de wet;

d. Informatie Beheer Groep: de Informatie Beheer Groep, bedoeld in de Wet verzelfstandiging Informatiseringsbank;

e. register: het Centraal register opleidingen hoger onderwijs, bedoeld in artikel 6.13 van de wet.

Artikel 2. Besluitvorming bèta-opleidingen met een studielast van 210 studiepunten

1. Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen kan op aanvraag van het instellingsbestuur in de jaren 1999, 2000 en 2001 toestaan dat een opleiding op het gebied van de natuur met een studielast van 210 studiepunten wordt ingesteld. Onze Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij kan op aanvraag van het instellingsbestuur van de openbare universiteit te Wageningen in dezelfde jaren toestaan dat de opleiding moleculaire wetenschappen met een studielast van 210 studiepunten wordt ingesteld.

2. Het instellingsbestuur dient een aanvraag in bij Onze minister, wie het aangaat, ten behoeve van het studiejaar 1999–2000 voor 1 mei 1999, ten behoeve van het studiejaar 2000–2001 voor 1 april 2000 dan wel ten behoeve van het studiejaar 2001–2002 voor 1 april 2001. Het instellingsbestuur toont daarin ten genoegen van Onze minister aan dat:

a. de desbetreffende opleiding in een maatschappelijke behoefte voorziet,

b. de inhoud van de desbetreffende opleiding ten opzichte van een of meer opleidingen op het gebied van de natuur dan wel de opleiding moleculaire wetenschappen waarvan de studielast ten minste 168 studiepunten bedraagt, in belangrijke mate is vernieuwd en verbreed,

c. het onderwijsprogramma van de desbetreffende opleiding zodanig is ingericht dat de daarvoor ingeschreven studenten bij een redelijke inspanning de opleiding binnen een redelijke studietijd kunnen voltooien, en

d. de desbetreffende opleiding omvat

1°. een afstudeerrichting gericht op de verkrijging van vaardigheden als wetenschappelijk onderzoeker of technologisch ontwerper,

2°. in een voorkomend geval een afstudeerrichting gericht op het beroep van leraar voortgezet onderwijs van de eerste graad in een of meer met die opleiding verwante vakken in het voortgezet onderwijs, en

3°. een of meer andere afstudeerrichtingen.

3. Artikel 6.3, tweede lid, van de wet is niet van toepassing.

4. Dit artikel is niet van toepassing op de opleiding biologie.

Artikel 3. Beroep op de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State

1. Tegen een besluit van Onze minister op grond van artikel 2, eerste lid, kan een belanghebbende beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

2. Indien de uitspraak op een beroep tegen een besluit als bedoeld in het eerste lid strekt tot toestemming als bedoeld in artikel 2, eerste lid, treden de gevolgen daarvan in met ingang van het studiejaar dat aanvangt na het studiejaar waarin de uitspraak is gedaan.

Artikel 4. Registratie nieuwe bèta-opleidingen in het CROHO

1. In afwijking van artikel 6.14, eerste lid, van de wet en in afwijking van de termijnbepalingen, bedoeld in de artikelen 6.13, tweede lid, derde volzin, en 6.14, tweede lid, eerste volzin, van de wet registreert de Informatie Beheer Groep de in de ministeriële regeling, bedoeld in artikel 7.4, negende lid, van de wet opgenomen opleidingen in het register dat betrekking heeft op een van de studiejaren 1999–2000, 2000–2001 of 2001–2002, in het gedeelte Wetenschappelijk onderwijs, onderdeel Natuur of onderdeel Landbouw en natuurlijke omgeving. Artikel 6.13, vierde lid, van de wet is van overeenkomstige toepassing. De registratie geschiedt overeenkomstig de door het instellingsbestuur verstrekte gegevens.

2. De Informatie Beheer Groep weigert registratie in het register uitsluitend, indien:

a. de in het eerste lid bedoelde gegevens niet uiterlijk 1 juni van het desbetreffende jaar door de Informatie Beheer Groep zijn ontvangen, dan wel

b. deze uiterlijk op genoemde datum ontvangen gegevens naar het oordeel van de Informatie Beheer Groep niet volledig zijn en vervolgens niet binnen een door de Informatie Beheer Groep te bepalen termijn is voorzien in de ontbrekende gegevens.

3. Artikel 6.14, vijfde lid, eerste volzin, van de wet is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 5. Bekendmaking wijzigingen in het CROHO

De Informatie Beheer Groep maakt de uit artikel 4 voortvloeiende wijzigingen in het register bekend voor 1 juli van het desbetreffende jaar. Van deze bekendmaking wordt mededeling gedaan in de Staatscourant.

Artikel 6. Beëindiging inschrijving voor bèta-opleidingen op het gebied van de natuur met een studielast van 168 studiepunten

Indien een opleiding waarvoor met het oog op een bepaald studiejaar een besluit op grond van artikel 2 is genomen, in het register is geregistreerd, worden met ingang van dat studiejaar geen studenten en extraneï voor de eerste maal meer ingeschreven voor de opleiding of voor de opleidingen waarvoor de nieuw ingestelde opleiding in de plaats komt.

HOOFDSTUK 2. WIJZIGINGEN VAN DE WHW

Artikel 7. Tijdelijke wijziging van de WHW

Aan artikel 7.4 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek wordt een lid toegevoegd, luidende:

9. Bij ministeriële regeling kunnen in het zesde lid worden opgenomen opleidingen in het wetenschappelijk onderwijs op het gebied van de natuur en op het gebied van de landbouw en natuurlijke omgeving met een studielast van 210 studiepunten, voor zover ten aanzien van die opleidingen de toestemming, bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Tijdelijke wet aanwijzing bèta-opleidingen, is verleend.

Artikel 8. Wijziging van de WHW

Artikel 7.4, negende lid, van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek vervalt.

HOOFDSTUK 3. SLOTBEPALINGEN

Artikel 9. Expiratie

Deze wet vervalt op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

Artikel 10. Inwerkingtreding

Deze wet treedt in werking met ingang van 16 april 1999, met uitzondering van artikel 8 dat in werking treedt op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

Artikel 11. Citeertitel

Deze wet wordt aangehaald als: Tijdelijke wet aanwijzing bèta-opleidingen.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen,

De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

Naar boven