26 295
Voorstel van wet van de leden Horn en Rietkerk tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht met betrekking tot strafverzwarende omstandigheden bij gewelddelicten

nr. 9
BRIEF VAN DE LEDEN VAN HEEMST EN VAN HAERSMA BUMA HOUDENDE INTREKKING VAN HET WETSVOORSTEL

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 12 november 2003

Hierbij laten wij u weten dat wij het wetsvoorstel met betrekking tot strafverzwarende omstandigheden bij gewelddelicten (kamerstukken II 1998/99, 26 295) intrekken.

Volgens ons biedt het thans bij de Kamer aanhangige wetsvoorstel tot herijking van een aantal wettelijke strafmaxima (kamerstukken II 2001/02, 28 484) de beste mogelijkheid om op een afgewogen wijze het oogmerk van ons initiatiefwetsvoorstel in een breder verband af te wegen en te beoordelen.

We verwachten niet alleen dat dit een sneller resultaat oplevert, maar ook dat beter kan worden beoordeeld hoe onze opvattingen zijn in te passen in de bredere discussie over de hoogte van strafmaxima.

Van Heemst

Van Haersma Buma

Naar boven