26 258
Wijziging van de Waarborgwet 1986 met betrekking tot de uitoefening van toezicht op de naleving

A
OORSPRONKELIJKE TEKST VAN HET VOORSTEL VAN WET EN DE MEMORIE VAN TOELICHTING ZOALS VOORGELEGD AAN DE RAAD VAN STATE EN VOOR ZOVER NADIEN GEWIJZIGD

Voorstel van wet

Artikel 52a, eerste lid, luidde:

1. Een aanwijzing van een rechtspersoon als bedoeld in artikel 52 vindt slechts plaats indien de betrokken rechtspersoon in staat is het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze wet naar behoren te doen uitoefenen en een onafhankelijke vervulling van deze taak is gewaarborgd.

Memorie van toelichting

In de memorie van toelichting onder artikel 52a luidde de tweede alinea:

De tweede eis die wordt gesteld is dat de rechtspersoon in staat dient te zijn het toezicht in onafhankelijkheid te kunnen uitoefenen. Of een rechtspersoon hiertoe in staat is, zal in de eerste plaats beoordeeld kunnen worden aan de hand van de, uit de statuten blijkende, doelstellingen van de rechtspersoon. Daarnaast dienen ook de besluitvormingsprocedures binnen de rechtspersoon zodanig te zijn, dat voldoende slagvaardig opgetreden kan worden.

In de memorie van toelichting onder artikel 52a kwam de derde alinea niet voor.

In de memorie van toelichting onder Artikelen III en IV kwam de tweede alinea niet voor.

Naar boven