26 238
Wijziging van enkele wetten in verband met invoering van het regresrecht in de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten en versterking van het regresrecht in de Ziekenfondswet, alsmede enkele technische wijzigingen (Wet invoering en versterking regresrecht in AWBZ en ZFW)

nr. 13
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 3 maart 2000

Bij de behandeling van het wetsvoorstel invoering en versterking regresrecht in AWBZ en ZFW op 4 februari 1999, heb ik toegezegd dat ik de Tweede Kamer zo snel mogelijk duidelijkheid zou verschaffen over de opbrengsten van de collectivering van het regresrecht in de AWBZ (Handelingen II/4 februari 1999; 48–3265). Graag doe ik deze toezegging nu gestand.

Op 24 november jl. hebben de voorzitters van het College voor zorgverzekeringen (CVZ) en het Verbond van Verzekeraars een convenant ondertekend dat strekt tot de collectieve afkoop van het regresrecht in de AWBZ. Ter informatie doe ik u hierbij dit convenant toekomen.1

Het convenant geldt voor een periode van 3,5 jaar: vanaf 1 juli 1999 (datum inwerkingtreding van de Wet invoering en versterking regresrecht in AWBZ en ZFW) tot en met het jaar 2002. Voor de periode daarna is een verlengingsbepaling in het convenant opgenomen.

Zowel bij de schadeverzekeraars als bij de uitvoeringorganen AWBZ bleek het draagvlak voor collectivering van regres groot.

Alle uitvoeringsorganen AWBZ hebben aangegeven niet zelf regresrecht te willen uitoefenen.

Van de schadeverzekeraars (motorrijtuigverzekeraars en algemene aansprakelijkheidsverzekeraars tezamen) is 97% deelnemer in het convenant.

Het CVZ en het Verbond van Verzekeraars zullen gezamenlijk een model ontwikkelen aan de hand waarvan de exacte omvang van de schades kan worden berekend. Met de ontwikkeling van dit model is echter enige tijd gemoeid. Teneinde toch zo snel mogelijk te kunnen overgaan tot collectief regres hebben het CVZ en het Verbond van Verzekeraars afkoopsommen voor 1999 en 2000 afgesproken van respectievelijk 15 en 30 miljoen gulden. Deze bedragen komen overeen met de in het JOZ 1999 opgenomen bedragen inzake regresopbrengsten. Vanwege de hoge draagvlakpercentages wordt het grootste deel van de regreskosten AWBZ via het convenant opgebracht (1999: ruim 14,5 miljoen gulden). Het resterende deel – van schadeverzekeraars die geen deelnemer aan het convenant zijn– zal op andere wijze worden opgebracht.

Voor de daarop volgende jaren zullen het CVZ en het Verbond van Verzekeraars op basis van reële schadegegevens, volgens het daartoe te ontwikkelen model, tot een overeenkomst komen. In het JOZ 1999 en in de Zorgnota 2000 heb ik reeds aangegeven dat voor de jaren 2001 en 2002 is voorzien in een oplopende regresopbrengst van respectievelijk 45 en 60 miljoen gulden.

Met genoegen kan ik dan ook constateren dat de in het regeerakkoord aangekondigde collectivering van het regresrecht in de AWBZ voor de jaren 1999 en 2000 daadwerkelijk tot de beoogde resultaten heeft geleid en dat ook voor de daaropvolgende jaren hoopgevende afspraken zijn vastgelegd in bijgaand convenant.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

E. Borst-Eilers


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij de afdeling Parlementaire Documentatie.

Naar boven