26 234 Vergaderingen Interim Committee en Development Committee

Nr. 274 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 9 december 2022

Hierbij informeer ik u, mede namens de Minister van Financiën, over de jaarvergadering van de Wereldbank, in het bijzonder de bijeenkomst van het Development Committee (DC) op 14 oktober 2022. Zoals aangegeven in de brief aan uw Kamer met de inzet voor de jaarvergadering1, stonden er twee onderwerpen op de agenda van het DC: (i) voedsel- en energiecrises, en (ii) financiering voor het behalen van de klimaat- en ontwikkelingsdoelen. De aandacht ging echter ook uit naar de Russische invasie in Oekraïne, onder meer bij een speciaal aan de wederopbouw van dit land gewijde rondetafelconferentie waaraan ik deelnam.

Dit verslag gaat daarnaast in op de bijeenkomst Water as an Accelerator for Inclusive and Green Growth.

Het DC sloot ook dit keer af zonder communiqué, omdat geen overeenstemming kon worden bereikt over de bewoording van de Russische invasie in Oekraïne. In plaats daarvan werd een voorzittersverklaring2 verspreid. Bijgesloten vindt u de schriftelijke verklaring van de Nederlandse kiesgroep3 en mijn interventie4 tijdens het DC.

1. Rondetafelconferentie wederopbouw Oekraïne

Voorafgaand aan het Development Committee vond een ministeriële rondetafelbijeenkomst plaats voor steun aan Oekraïne, bijeengeroepen door de Oekraïense regering en de Bank. Ongeveer 30 landen, waaronder Nederland, namen deel aan deze bijeenkomst over financieel-economische steun voor de noden op korte termijn en de wederopbouw van Oekraïne. Daarbij ging de aandacht vooral uit naar de benodigde gelden om de komende winter door te komen en de budgettaire noden van het land voor 2023. In zijn openingstoespraak per videoverbinding benadrukte president Zelensky de noodzaak van een goede coördinatiestructuur voor de hulp. Diverse landen zegden steun toe voor het recentelijk opgezette Wereldbank Ukraine Relief, Recovery, Reconstruction and Reform Trustfund (URTF). Nederland sprak blijvende steun uit voor Oekraïne en kondigde een nieuwe bijdrage aan van minimaal EUR 70 miljoen. De bijdrage is bedoeld om te zorgen dat mensen voor de komende winter een dak boven hun hoofd hebben, dat waterleidingen en huizen worden hersteld en dat er gas, voedsel en elektriciteit is. Daarnaast benadrukte Nederland de belangrijke rol van het bedrijfsleven bij de wederopbouw.

Op 11 november heeft het kabinet bekend gemaakt aanvullende middelen voor Oekraïne vrij te zullen maken5. De bijdrage aan het URTF is op basis hiervan opgehoogd naar EUR 90 miljoen. Over de stand van zaken met betrekking tot de Nederlandse bijlage aan het URTF is uw Kamer in een afzonderlijke brief geïnformeerd6.

2. Energie- en voedselcrisis

Veel, met name Afrikaanse, landen uitten hun zorg over de hoge prijzen voor energie, kunstmest en voedsel die voor een groot deel door de Russische invasie in Oekraïne veroorzaakt worden.

De Bank wil de nauw aan elkaar gerelateerde energie- en voedselcrises in onderlinge samenhang aanpakken en zet daarbij in op sociale vangnetten, het tegengaan van verstorende subsidies en het stimuleren van handel. In het financiële jaar 2022–2023 beoogt de Bank USD 30 miljard te investeren in landbouw, voeding, sociale bescherming, water en irrigatie. Er bestond algemene steun voor het streven naar synergie in de aanpak van de energie- en voedselcrises, waarbij enkele landen hun eigen accenten legden. Zo hekelden sommige landen het gebruik van handelsrestricties in tijden van voedseltekorten en bepleitten andere landen het gebruik van fossiele brandstof in tijden van energietekorten.

Nederland riep de Bank op om zich bij de aanpak van voedselonzekerheid niet alleen op irrigatie maar ook op regenafhankelijke landbouw te richten. Voor wat betreft energie bepleitte Nederland een daadkrachtiger optreden van de Bank tegen energiearmoede door intensivering van investeringen op dit terrein die moeten leiden tot meer en betere toegang van de bevolking, met name in Afrika, tot betaalbare, betrouwbare en duurzame energie.

3. Financiering van de klimaat- en ontwikkelingsdoelen

Ook dit jaar hebben gouverneurs de Bank aangespoord tot meer ambitie op klimaatgebied. Donor- en lenende landen waren het eens over de noodzaak van meer private financiering om de klimaatdoelstellingen te kunnen bereiken. De aanwezige gouverneurs benadrukten het belang van klimaatactie op landenniveau. Een belangrijk instrument daarbij zijn de door de Bank ontwikkelde Country Climate and Development Reports (CCDRs). Deze CCDRs identificeren per land of regio klimaat- en ontwikkelingsactiviteiten met de meeste impact op het gebied van reductie van broeikasgassen en het stimuleren van adaptatie. Inmiddels zijn 20 CCDRs7 gepubliceerd. Verschillende landen riepen op tot daadwerkelijke implementatie van de belofte om jaarlijks USD 100 miljard voor klimaatfinanciering beschikbaar te stellen.

Nederland benadrukte het belang van adaptatie en prees de Bank voor de toename van financiering op dit gebied. Ook complimenteerde Nederland de Bank met het gegeven dat dit jaar 50% van de klimaatfinanciering voor adaptatie-activiteiten is aangewend.

In mijn interventie tijdens het Development Committee heb ik mijn solidariteit met de vrouwen en meisjes in Iran betuigd.

4. Iran

In mijn interventie tijdens het Development Committee heb ik mijn solidariteit met de vrouwen en meisjes in Iran betuigd.

5. Bijeenkomst Water as an Accelerator for Inclusive and Green Growth

De ministeriële bijeenkomst, waar ik namens Nederland bij aansloot, over Water as an Accelerator for Inclusive and Green Growth bood een goede gelegenheid om ook andere dan ministers direct verantwoordelijk voor water te betrekken bij de risico’s en implicaties van teveel of te weinig water en watervervuiling voor de mondiale sociale en financieel-economische stabiliteit. Het was voor het eerst in meer dan tien jaar dat een dergelijke bijeenkomst plaatsvond.

Naast de financiële implicaties rond water kwamen ook de rol van gender, data, vrede en veiligheid, de economische waarde van water en het belang van goed bestuur aan de orde.

Nederland riep de aanwezigen op om water hetzelfde strategisch en politieke belang toe te kennen als energie. Water is als schaars goed niet slechts het domein van de ministers met water in hun portefeuille; hervorming van de watersector is een zaak voor betrokkenheid en commitment van alle betrokken partijen. In dat verband zette Nederland de Waterconferentie van de VN in 2023 – georganiseerd door Nederland en Tajikistan – neer als een belangrijke mijlpaal: om hervormingen te versnellen, om een nieuwe manier van denken over water te vertalen in actie, en om kennis beter te integreren in interventies. Nederland, de Wereldbank en diverse andere landen gaven aan hierin samen te willen optrekken. Bijeenkomsten als CoP27, de OECD Round Table on Finance for Water en de Wereldbank Water Week (eind februari) bieden daar een goede gelegenheid voor.

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, E.N.A.J. Schreinemacher

Naar boven