26 219
Regels met betrekking tot het onderzoek naar en het winnen van delfstoffen en met betrekking tot met de mijnbouw verwante activiteiten (Mijnbouwwet)

nr. 64
AMENDEMENT VAN DE LEDEN WITTEVEEN-HEVINGA EN VAN WALSEM

Ontvangen 26 maart 2002

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

Onderdeel c van artikel 97a komt te luiden:

c. mijnbouwondernemer: natuurlijke persoon of rechtspersoon die mijnbouwactiviteiten verricht.

II

Na artikel 109 wordt een hoofdstuk ingevoegd, luidende:

HOOFDSTUK 8A. WAARBORGFONDS MIJNBOUWSCHADE.

Artikel 109a

1. Onder de in dit hoofdstuk gebruikte begrippen wordt verstaan hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 97a.

2. Dit hoofdstuk is van toepassing op mijnbouwondernemers voor zover deze mijnbouwactiviteiten verrichten aan de landzijde van de in de bijlage bij deze wet vastgelegde lijn.

Artikel 109b

1. Er is een Waarborgfonds mijnbouwschade.

2. Het waarborgfonds bezit rechtspersoonlijkheid en is gevestigd te 's-Gravenhage.

3. De commissie is belast met het beheer van het waarborgfonds.

4. Het waarborgfonds ontvangt:

a. een door een mijnbouwondernemer jaarlijks verschuldigde bijdrage, op te leggen door Onze Minister, met inachtneming van bij algemene maatregel van bestuur te stellen regels;

b. rentebaten die via het waarborgfonds zijn verkregen;

c. het batig saldo van de laatstelijk afgesloten rekening van het waarborgfonds;

d. andere inkomsten.

5. Bij algemene maatregel van bestuur worden in elk geval regels gesteld omtrent:

a. de maatstaf ter bepaling van de hoogte van de bijdrage, met inachtneming van:

1°. de omvang van de mijnbouwactiviteiten van een mijnbouwondernemer aan de landzijde van de in de bijlage bij deze wet vastgelegde lijn,

2°. de aard van de desbetreffende mijnbouwactiviteiten, en

3°. de op de in het waarborgfonds aanwezige baten in relatie tot de begrote uitgaven;

b. het tijdstip waarop de bijdrage verschuldigd wordt, en

c. de verschuldigdheid van rente als de bijdrage op een later tijdstip op een ander bedrag wordt vastgesteld.

6. Niet in het jaar van ontvangst bestede gelden blijven in het waarborgfonds.

7. Bij algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld omtrent het vermogen van het waarborgfonds mede met inachtneming van het totale bedrag aan schadevergoedingen dat mijnbouwondernemers gedurende in elk geval de laatste vijf jaar voorafgaande aan het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet hebben betaald aan degenen bij wie in die periode zaakschade was te verwachten dan wel was opgetreden door bodembeweging als gevolg van de door die mijnbouwondernemers verrichte mijnbouwactiviteiten.

Artikel 109c

Indien het advies, bedoeld in artikel 99d, vierde lid, luidt dat de schade het gevolg is van de mijnbouwactiviteiten en niet binnen drie maanden na de datum van verzending overeenstemming is bereikt tussen de adviesaanvrager en de mijnbouwondernemer, kent de commissie ten laste van het waarborgfonds de adviesaanvrager op diens verzoek een schadevergoeding toe ter hoogte van het in het advies vastgestelde schadebedrag.

Artikel 109d

1. De commissie kan op aanvraag van de adviesaanvrager een voorschot ten laste van het waarborgfonds verstrekken. Een daartoe strekkend verzoek wordt ingediend.

2. Het bedrag dat in totaal aan voorschotten wordt verstrekt, is niet groter dan 60 procent van de hoogte van het schadebedrag, vermeld in het door haar uitgebrachte voorlopig advies als bedoeld in artikel 99d, tweede lid.

3. Indien de hoogte van het schadebedrag, vermeld in het definitief vastgestelde advies als bedoeld in artikel 99d, vierde lid, minder bedraagt dan het bedrag dat in totaal aan voorschotten is verstrekt, betaalt de adviesaanvrager het verschil van de bedoelde bedragen terug aan het waarborgfonds.

Artikel 109e

Indien de commissie op grond van artikel 109c schadevergoeding ten laste van het waarborgfonds heeft toegekend, treedt het waarborgfonds voor het aan de in artikel 109c bedoelde verzoeker uitgekeerde bedrag in alle rechten die de verzoeker jegens de betrokken mijnbouwondernemer kon doen gelden.

Artikel 109f

1. De in artikel 109c bedoelde verzoeker dient zijn verzoek bij het waarborgfonds in uiterlijk drie maanden na het moment waarop de commissie het advies, bedoeld in artikel 99d, vierde lid, heeft uitgebracht en overlegt daarbij in ieder geval dat advies.

2. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld omtrent de indiening en de behandeling van, alsmede de beslissing op het verzoek.

Artikel 109g

1. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld omtrent de inrichting en de administratie van het waarborgfonds, alsmede het daarop uit te oefenen toezicht.

2. De commissie neemt in haar verslag op de werkzaamheden, de doelmatigheid en doeltreffendheid, en de werkwijze van het waarborgfonds in het afgelopen kalenderjaar.

III

Na artikel 127 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 127a

De bijdrage, bedoeld in artikel 109b, is voor het eerst verschuldigd in het jaar dat volgt op het jaar van inwerkingtreding van deze wet.

Toelichting

Dit amendement beoogt het instellen van een onbeperkt werkend collectief bedrijvenfonds. Daarmee wordt het mogelijk gemaakt dat burgers die schade ondervinden van mijnbouwactiviteiten binnen bepaalde voorwaarden direkt na het indienen van een adviesaanvraag van de Tcbb een voorschot kunnen verkrijgen voor de vergoeding van eventueel geleden schade. Een definitieve afrekening vindt plaats op basis van het advies van de Tcbb met betrekking tot het causale verband tussen de schade, de bodembeweging en mijnbouwactiviteiten en met betrekking tot de hoogte van het schadebedrag.

Hiermee wordt voorkomen dat diegene die schade ondervindt gedurende het proces van onderzoek en advisering met eigen middelen de schade moet financieren. Tenslotte is hiermee voorzien in een schadevergoeding in het geval de betrokken mijnbouwondernemer failliet is verklaard.

Witteveen-Hevinga

Van Walsum

Naar boven