26 210
Minderhedenbeleid 1999

nr. 13
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR GROTE STEDEN- EN INTEGRATIEBELEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 16 december 1998

Naar verwachting stemt de Tweede Kamer morgen 17 december over een aantal moties die tijdens het overleg over de kabinetsnota «Kansen krijgen, kansen pakken» op maandag 14 december zijn ingediend. Over de meeste van die moties heb ik tijdens het overleg reeds mijn reactie gegeven. Over één motie, nl. de motie op stuk nummer 26 210, nr. 12 heb ik dat niet definitief gedaan, omdat ik daarover overleg wilde voeren met de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen.

Inmiddels heeft dit overleg plaatsgevonden en kan ik ook een definitieve reactie op deze motie geven.

Ik wil de Kamer de aanvaarding van deze motie ontraden.

Er is in het verleden reeds veel onderzoek verricht naar het verschijnsel «witte vlucht» in het onderwijs. Bovendien hebben de ervaringen met spreiding van leerlingen – in het overleg is de ervaring die hiermee in Gouda is opgedaan genoemd – niet bewezen effectief te zijn. Veelbelovender is het om stevig in te zetten op versterking van de kwaliteit van het onderwijs op scholen met veel leerlingen uit minderheidsgroepen. Zoals bekend zijn er voldoende voorbeelden van dergelijke scholen, die met hun leerlingen goede prestaties behalen.

De Minister voor Grote Steden en Integratiebeleid,

R. H. L. M. van Boxtel

Naar boven