26 200 V
Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 1999

nr. 12
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 10 november 1998

Bij schrijven van mijn voorganger d.d. 23 juli jl. ontving U het advies van de Adviesraad Internationale Vraagstukken (AIV) inzake de universaliteit van de rechten van de mens en culturele verscheidenheid. Mede namens mijn ambtgenoten van Defensie en voor Ontwikkelingssamenwerking doe ik U hierbij onze reactie op dit advies toekomen.1

Tevens treft u hierbij ter kennisneming aan de adviesaanvraag over Turkije, die onze ambtsvoorgangers aan de AIV deden, alsmede een adviesaanvraag over het functioneren van de VN-mensenrechtencommissie1, die mijn ambtsvoorganger toezegde in antwoord op vragen van het lid Koenders (Aanhangsel Handelingen nr. 636, vergaderjaar 1997–1998).

De Minister van Buitenlandse Zaken,

J. J. van Aartsen


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij de afdeling Parlementaire Documentatie.

Naar boven