nr. 1
VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat ingevolge artikel 105 van de
Grondwet de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Rijk bij de
wet moet worden vastgesteld en dat in artikel 1 van de Comptabiliteitswet
wordt bepaald welke begrotingen tot die van het Rijk behoren en dat ingevolge
artikel 28 van de Comptabiliteitswet voor het sluiten van overeenkomsten tot
het aangaan van geldleningen machtiging bij de wet moet worden verkregen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
Artikel 1
De begroting van de uitgaven van de Nationale Schuld (IXA) voor het jaar
1999 wordt vastgesteld, zoals blijkt uit de bij deze wet behorende begrotingsstaat,
onderdeel uitgaven en verplichtingen.
Artikel 2
De begroting van de ontvangsten van de Nationale Schuld (IXA) voor het
jaar 1999 wordt vastgesteld, zoals blijkt uit de bij deze wet behorende begrotingsstaat,
onderdeel ontvangsten.
Artikel 3
Onze Minister van Financiën wordt gemachtigd in 1999 geldleningen
ten laste van de Staat der Nederlanden aan te gaan ter voorziening in de financieringsbehoefte
van de Staat der Nederlanden.
Artikel 4
Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari van het jaar waarop
deze begroting betrekking heeft. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt
geplaatst, wordt uitgegeven op of na deze datum van 1 januari, treedt zij
in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van dat Staatsblad
en werkt zij terug tot en met 1 januari.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Financiën,
Begrotingsstaat behorende bij de Wet van ..... 19.., Stb.
.... Begroting 1999 Nationale Schuld (IXA) Onderdeel uitgaven en verplichtingen
(bedragen x f 1000)
| | | | (1) |
|---|
| Art. | | Omschrijving | Oorspronkelijk
vastgestelde begroting |
| | | | verplichtingen | uitgaven |
| | | TOTAAL | | 74 282 287 |
| | | | | |
| 11 | | Vaste
schuld | | 73 574 603 |
| | | | | |
| | 01 | Rente
vaste schuld | 30 486 553 | 30 486 553 |
| | 02 | Aflossing
vaste schuld | 43 084 800 | 43 084 800 |
| | 03 | Agio
bij inkoop schuld | 0 | 0 |
| | 04 | Disagio bij uitgifte schuld | 0 | 0 |
| | 05 | Overige
uitgaven vaste schuld | 3 250 | 3 250 |
| | | | | |
| 12 | | Vlottende
schuld | | 707 684 |
| | | | | |
| | 01 | Rente vlottende
schuld | 706 684 | 706 684 |
| | 02 | Overige uitgaven
vlottende schuld | 1 000 | 1 000 |
Mij bekend,
De Minister van Financiën,
Begrotingsstaat behorende bij de Wet van ..... 19.., Stb.
.... Begroting 1999 Nationale Schuld (IXA) Onderdeel ontvangsten (bedragen
x f 1000)
| | | | (1) |
|---|
| Art. | | Omschrijving | Oorspronkelijk
vastgestelde begroting |
| | | | ontvangsten |
| | | TOTAAL | 57 918 802 |
| | | | |
| 11 | | Vaste
schuld | 57 896 552 |
| | | | |
| | 01 | Ontvangen
rente bij uitgifte vaste schuld | 1 267 852 |
| | 02 | Uitgifte
vaste schuld | 56 628 700 |
| | 03 | Agio bij uitgifte
schuld | 0 |
| | 04 | Disagio bij inkoop schuld | 0 |
| | 05 | Overige
ontvangsten vaste schuld | 0 |
| | | | |
| 12 | | Vlottende schuld | 22 250 |
| | | | |
| | 01 | Rente
kortlopende vorderingen | 0 |
| | 02 | Rentevergoeding op schatkistsaldo | 22 250 |
Mij bekend,
De Minister van Financiën,