26 079
Wijziging van titel 7.10 (arbeidsovereenkomst) van het Burgerlijk Wetboek met betrekking tot vakantie en ouderschapsverlof

nr. 20
AMENDEMENT VAN HET LID BIJLEVELD-SCHOUTEN

Ontvangen 22 april 1999

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

Artikel I, onderdeel B, wordt vervangen door:

B

Artikel 636 komt te luiden

Artikel 636

Dagen of gedeelten van dagen waarop de werknemer de overeengekomen arbeid niet verricht wegens een van de redenen, bedoeld in artikel 629b, en artikel 635, lid 1 en leden 3 tot en met 5, kunnen slechts met instemming van de werknemer door de werkgever worden aangemerkt als vakantie.

II

Artikel I, onderdeel C, vervalt.

Toelichting

Met dit amendement worden de artikelen 636 en 637 niet ineengeschoven en worden de huidige artikelen gehandhaafd, met dien verstande dat in het huidige artikel 636 de mogelijkheid wordt uitgesloten om zwangerschaps- en bevallingsverlof in mindering te brengen op het vakantietegoed (vgl. onderdeel I van de nota van wijziging op stuk nr. 6). In het kader van dit wetsvoorstel dat handelt over de verjaring van vakantiedagen, verruiming van de afkoopmogelijkheden van vakantiedagen en de verduidelijking van de vaststelling van de vakantie is er geen reden de artikelen 636 en 637 ineen te voegen. Ook het advies van de SER, dat in dit wetsvoorstel gevolgd is, biedt hiervoor geen aanleiding. Juist omdat in de Nota «Op weg naar een nieuw evenwicht tussen arbeid en zorg» nieuwe wetgeving op het terrein van zorgverlof en calamiteitenverlof wordt aangekondigd en de Kamer daarover nog moet spreken, is het opportuun verdergaande voorstellen die verband houden met o.a. calamiteitenverlof daarbij te betrekken.

Bijleveld-Schouten