25 969
Wijziging van de Drank- en Horecawet

nr. 8
NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 2 juni 1999

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel I, onderdeel B, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel a, vijfde en zesde onderdeel, komen te luiden:

– horecalokaliteit: een van een afsluitbare toegang voorziene lokaliteit, onderdeel uitmakend van een inrichting waarin het horecabedrijf wordt uitgeoefend, in ieder geval bestemd voor het verstrekken van alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse;

– slijtlokaliteit: een van een afsluitbare toegang voorziene lokaliteit, onderdeel uitmakend van of samenvallend met een inrichting waarin het slijtersbedrijf wordt uitgeoefend, in ieder geval bestemd voor het verstrekken van sterke drank voor gebruik elders dan ter plaatse;

2. Onderdeel b komt te luiden:

b. De omschrijving van «inrichting» komt te luiden:

– inrichting: de lokaliteiten waarin het slijtersbedrijf of het horecabedrijf wordt uitgeoefend, met de daarbij behorende terrassen voor zover die terrassen in ieder geval bestemd zijn voor het verstrekken van alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse, welke lokaliteiten al dan niet onderdeel uitmaken van een andere besloten ruimte;

B

In artikel I, onderdeel F, tweede lid, wordt «Indien een terras behoort bij een horecalokaliteit die onderdeel uitmaakt van een winkel» vervangen door: Indien een terras onderdeel is van een inrichting, die onderdeel uitmaakt van een winkel, en wordt «aansluit aan de horecalokaliteit» vervangen door: aansluit aan een horecalokaliteit.

C

Artikel I, onderdeel K, wordt als volgt gewijzigd:

1. Artikel 9, eerste lid, komt te luiden:

1. Het is verboden alcoholhoudende drank te verstrekken voor gebruik ter plaatse anders dan in een in de vergunning vermelde horecalokaliteit of anders dan op een in de vergunning vermeld terras, tenzij het betreft het vanuit zodanige lokaliteit afleveren van alcoholhoudende drank op bestelling in hotelkamers ingericht voor nachtverblijf of het verstrekken van alcoholhoudende drank door het in dergelijke hotelkamers beschikbaar te stellen.

2. In artikel 9, tweede lid, wordt «Het is verboden het slijtersbedrijf uit te oefenen elders dan» vervangen door: Het is verboden sterke drank te verstrekken voor gebruik elders dan ter plaatse anders dan.

D

In artikel I, onderdeel N, wordt in artikel 11a, tweede lid, «Het is verboden het slijtersbedrijf uit te oefenen in een lokaliteit die» vervangen door: Het is verboden dat een slijtlokaliteit.

E

In artikel I, onderdeel R, wordt in het toegevoegde tweede lid, onder c, «horecabedrijf» vervangen door: horecalokaliteit.

F

Artikel I, onderdeel XX, komt als volgt te luiden:

XX

Artikel 77 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «die een in artikel 3, eerste lid, onder a, bedoeld bedrijf en het slijtersbedrijf tezamen» vervangen door: die op 30 september 1967 feitelijk alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse en sterke drank voor gebruik elders dan ter plaatse verstrekte, terwijl de woorden «op 30 september 1967 feitelijk uitoefende» vervallen.

2. In het tweede lid wordt «een in artikel 3, eerste lid, onder a, bedoeld bedrijf feitelijk uitoefende» vervangen door: feitelijk alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse verstrekte, terwijl telkens «zwak-alcoholische drank»wordt vervangen door: zwak-alcoholhoudende drank.

G

Na artikel III wordt een artikel IIIa ingevoegd luidende:

ARTIKEL IIIa

Indien de Wet tot wijziging van de Wet op de kansspelen (speelautomaten) in werking treedt komt artikel III te luiden:

ARTIKEL III

De Wet op de kansspelen wordt als volgt gewijzigd:

A. Artikel 30 wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel d komt te luiden:

d. hoogdrempelige inrichting: een inrichting als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Drank- en Horecawet, waarin rechtmatig het horecabedrijf als bedoeld in dat artikellid wordt uitgeoefend:

1°. waar het café en het restaurantbezoek op zichzelf staat en waar geen andere activiteiten plaatsvinden, waaraan een zelfstandige betekenis kan worden toegekend en

2°. waarvan de activiteiten in belangrijke mate gericht zijn op personen van 18 jaar en ouder.

2. Onderdeel e komt te luiden:

e. laagdrempelige inrichting: een inrichting als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Drank- en Horecawet, waarin rechtmatig het horecabedrijf als bedoeld in dat artikellid wordt uitgeoefend, die geen hoogdrempelige inrichting is, of een inrichting waarin horeca-activiteiten worden verricht en waarvan de ondernemer inschrijfplichtig is en ingeschreven is bij het Bedrijfschap Horeca.

B. Onderdeel c van artikel 30b, eerste lid komt te luiden:

c. in niet voor het publiek toegankelijke inrichtingen, waarvoor ingevolge artikel 3 van de Drank- en Horecawet een vergunning voor de uitoefening van het horecabedrijf is vereist of waarvan de ondernemer inschrijfplichtig is bij het Bedrijfschap Horeca.

C. Artikel 30c, vierde lid, komt te luiden:

4. Indien zich binnen een laagdrempelige inrichting een horecalokaliteit als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Drank- en Horecawet bevindt, waarin rechtmatig alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse wordt verstrekt, dan wordt deze lokaliteit als hoogdrempelige inrichting aangemerkt voor de toepassing van deze titel, indien:

a. voldaan is aan de voorwaarden, bedoeld in artikel 30, onder d, en

b. de overige ruimten in die inrichting door het publiek uitsluitend te bereiken zijn zonder eerst deze lokaliteit te betreden.

Toelichting

A t/m F

Gebleken is dat de omschrijvingen van de begrippen inrichting, lokaliteit, horecalokaliteit en slijterslokaliteit in onderlinge samenhang tot enige verwarring kunnen leiden. In de thans voorgestelde formulering is helder dat een inrichting bestaat uit alle lokaliteiten waarin het slijtersbedrijf of het horecabedrijf wordt uitgeoefend.

Bij een inrichting waarin het horecabedrijf wordt uitgeoefend, vallen onder de inrichting de horecalokaliteit (dat is de ruimte, waarin in ieder geval alcoholhoudende drank maar ook voedsel wordt geserveerd), de keuken, de toiletten, de gangen, de voorraadruimten en alle andere ruimten die voor de bedrijfsvoering nodig zijn.

Bij een inrichting waarin het slijtersbedrijf wordt uitgeoefend zal altijd sprake zijn van een slijtlokaliteit, waarin de winkelfunctie wordt uitgeoefend. Daarnaast zullen er vaak een voorraadruimte en andere ruimten zijn.

In de omschrijving van het begrip horecalokaliteit is het element «voor het publiek toegankelijke» niet meer opgenomen, omdat anders besloten clubs, waar wel bedrijfsmatig of anders dan om niet alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse wordt verstrekt, zoals studentensociëteiten, niet onder de wet zouden vallen.

G

Artikel III van het onderhavige wetsvoorstel strekt tot wijziging van de Wet op de kansspelen. Inmiddels heeft de Staten-Generaal ingestemd met de Wet tot wijziging van de Wet op de kansspelen (speelautomaten). Zodra die wijzigingswet in werking treedt, dient artikel III te worden aangepast. Daarom stel ik artikel IIIa voor.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

E. Borst-Eilers

Naar boven