Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 5 oktober 2023
Hierbij bied ik u de Monitor Arbeidsongevallen 2022 aan van de Nederlandse Arbeidsinspectie.
In haar jaarverslag neemt de inspectie jaarlijks al een aantal cijfers op, deze monitor
bevat uitgebreidere statistische informatie ontleend aan de registratiesystemen voor
ongevalsonderzoek van de inspectie, aangevuld met CBS-gegevens.
Vanwege de aandacht voor het onderwerp en vanuit het oogpunt van transparantie en
verantwoording, stuur ik deze monitorrapportage aan uw Kamer.
De Monitor is beschrijvend van aard en verschijnt jaarlijks. In de rapportage worden,
naast de jaarlijkse ongevallencijfers, specifieke onderwerpen uitgelicht. Dit jaar
betreft het één doelgroep (stagiairs en studenten) en één ongevalstype (ongevallen
met gevaarlijke stoffen).
Er gebeuren dagelijks ongevallen op de werkvloer die in veel gevallen voorkomen hadden
kunnen worden. Het is daarom van groot belang dat arbeidsveiligheid een prominente
plek heeft in het beleid van de werkgever. De Nederlandse Arbeidsinspectie wil bijdragen
aan het leren van (ernstige) arbeidsongevallen, zodat deze in de toekomst vaker kunnen
worden voorkomen. Door lessen uit de praktijk te trekken en deze breed te communiceren,
geeft de Arbeidsinspectie richting aan het eigen toekomstige werk en stelt zij bedrijven
en andere organisaties in staat om deze leerervaringen te benutten.
Resultaten
Afgesloten ongevalsonderzoeken
In 2022 heeft de Arbeidsinspectie 2.295 onderzoeken afgerond. Net als voorgaande jaren
vinden de meeste ongevallen (per 100.000 banen) plaats in de sectoren waterbedrijven
en afvalbeheer; bouw; landbouw en industrie. De stijging van het aantal arbeidsongevallen
is met name groot in de bouw en de landbouw. Verder werken de slachtoffers van arbeidsongevallen
verhoudingsgewijs vaker bij kleine bedrijven.
Gedifferentieerde aanpak ongevalsonderzoek (GAO)
In 2022 is de GAO-werkwijze in verschillende regioteams van de Arbeidsinspectie ingezet
als pilot. Onderdeel van de GAO is de mogelijkheid dat werkgevers zelf onderzoek doen
naar bepaalde meldingsplichtige arbeidsongevallen. Op basis van alle inzichten en
ervaringen van de afgelopen jaren hanteert de Arbeidsinspectie de GAO per 1 januari
2023 als standaard werkwijze voor ongevalsonderzoek1.
Ongevallen met stagiairs/studenten
Ondanks signalen dat de kans op een arbeidsongeval bij stagiairs groter zou zijn,
blijkt dat er verhoudingsgewijs minder ongevallen plaatsvinden met stagiairs en studenten
dan met mensen in loondienst. Met jonge mensen in loondienst, gebeuren ongeveer evenveel
ongevallen als met stagiairs en studenten. Stagiairs en studenten hebben verhoudingsgewijs
vaker ongevallen waarbij zij in contact gekomen zijn met een arbeidsmiddel of een
object. Dit zien we ook bij jonge werknemers en mensen die pas kort in dienst zijn.
Verder is gebleken dat onervarenheid, soms in combinatie met het ontbreken van- of
gebrekkige veiligheidsinstructies en begeleiding, een terugkomend fenomeen is bij
ongevallen met stagiairs en studenten.
Ongevallen met gevaarlijke stoffen
Onder gevaarlijke stoffen of atmosferen verstaan we stoffen die bij contact acuut
letsel kunnen veroorzaken, bijvoorbeeld acuut giftige stoffen, irriterende/bijtende
stoffen, hete of koude stoffen en stoffen onder hoge druk. In 4% van de afgesloten
ongevalsonderzoeken in de periode 2020–2022 kwam het slachtoffer in contact met een
schadelijke stof of atmosfeer. Deze ongevallen treft de Arbeidsinspectie bovengemiddeld
vaak aan in de sector industrie en leiden ten opzichte van andere ongevalstypen, vaker
tot verbranding, brandwonden of bevriezingen.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, C.E.G. van Gennip