25 877
Regels met betrekking tot de inlichtingen- en veiligheidsdiensten alsmede wijziging van enkele wetten (Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 19..)

nr. 35
AMENDEMENT VAN HET LID HARREWIJN

Ontvangen 11 juni 2001

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

Aan artikel 19 wordt een nieuw lid toegevoegd, luidende:

4. De uitoefening van een bevoegdheid door een dienst als bedoeld in deze paragraaf wordt vooraf door het hoofd van de dienst getoetst aan de vereisten van doelmatigheid, proportionaliteit, subsidiariteit en kenbaarheid, met inachtneming van artikelen 31 en 32.

Toelichting

Dit amendement beoogt de uitoefening van bijzondere bevoegdheden vooraf te doen toetsen door het hoofd van de dienst. Uitoefening van de bijzondere bevoegdheden van de diensten genoemd in deze paragraaf betekenen zonder uitzondering een mogelijke inbreuk op de privacy of persoonlijke levenssfeer van burgers. Dit amendement strekt ertoe dat de dienst slechts een bijzondere bevoegdheid gebruikt, nadat is vastgesteld dat bedoeld gebruik doelmatig, proportioneel, subsidiair en kenbaar is.

Harrewijn

Naar boven