25 834 Problematiek rondom asbest

Nr. 181 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 mei 2021

Hierbij geef ik mijn appreciatie op de motie van Kamerlid Stoffers c.s. (Kamerstuk 28 089, nr. 185), ingediend tijdens het VSO Externe Veiligheid van 20 april jl. (Handelingen II 2020/21, nr. 70, VSO Externe Veiligheid). Tijdens dit VSO heeft de Staatssecretaris van IenW mij verzocht om een reactie op deze motie. De motie verzoekt de regering «uitvoering te geven aan de genoemde motie van het lid Stoffer c.s., zich vanwege het belang van versnelling van de asbestdakensanering proactief op te stellen en in overleg met betrokken bedrijven ervoor te zorgen dat de FoamShield-methode en gelijkwaardige methoden op korte termijn breed toegepast kunnen worden».

Ik ontraad deze motie.

Dat neemt niet weg dat ik, net als de Kamerleden Stoffer en Geurts, de Staatssecretaris van IenW steun in haar inzet om de asbestdakensanering te versnellen. Dat draagt bij aan een veiligere leefomgeving. De inzet van schuimproducten helpt om de emissie van asbestvezels omlaag te brengen. Dat is dus zeer wenselijk.

De motie ontraad ik echter om de volgende redenen:

  • In de motie geven Kamerleden Stoffer en Geurts aan dat de motie van het lid Stoffer c.s. (Kamerstuk 25 834, nr. 162), die de regering vraagt om ervoor te zorgen dat ruimte wordt geboden voor brede toepassing van de zogenaamde FoamShield-methode bij sanering van asbestdaken, nog niet zou zijn uitgevoerd. Bij brief van 16 december 20191 is de Tweede Kamer geïnformeerd over de wijze waarop uitvoering is gegeven aan deze motie.

  • De motie lijkt er van uit te gaan dat brede toepassing van schuimproducten (zoals de FoamShield-methode) bij asbestdaksaneringen niet mogelijk is en van tevoren goedkeuring moet krijgen. Dit is niet het geval. In zijn algemeenheid geldt dat emissiebeheersende maatregelen, zoals Foamshield, altijd mogen worden ingezet – in veel gevallen is dit zelfs vereist. Er bestaat dus al ruimte voor brede toepassing van deze werkmethode, daarbij gelden dan de regels voor werken in de strengste risicoklasse.

  • Waarschijnlijk beoogt de motie te bereiken dat sanering van asbestdaken met schuim (standaard) in de laagste risicoklasse kan worden uitgevoerd. Omdat in dat geval minder beschermende maatregelen hoeven te worden toegepast moet daarvoor eerst vastgesteld worden dat dit niet ten koste gaat van de gezondheid van de werknemer en deze daarbij voldoende beschermd is tegen het oplopen van asbestkanker. Indeling in de laagste risicoklasse vergt dus een zorgvuldig en onafhankelijk oordeel van experts volgens vastgestelde procedure. Precies daarvoor is het VIP (Validatie- en Innovatiepunt) opgericht.

  • De motie lijkt ervan uit te gaan dat inmiddels is vastgesteld dat sanering van asbestdaken met inzet van Foamshield altijd veilig kan in die laagste risicoklasse. Dat is niet het geval. Het in de motie genoemde onderzoek van TNO biedt onvoldoende basis voor terugschaling. Terugschaling van een werkmethode vereist naast blootstellingsonderzoek ook een goed onderbouwde beschrijving van alle aspecten die met de werkwijze en praktische uitvoering te maken hebben. Een verzoek tot beoordeling van een werkmethode kan worden ingediend bij het VIP. Als projectvalidaties reeds zijn uitgevoerd, kunnen de resultaten worden benut voor de aanvraag via het VIP om te kunnen komen tot landelijke terugschaling.

Voor het toepassen van de schuimlaag in de laagste risicoklasse is dus tot op heden nog geen onderzoek ter beoordeling voor landelijke validatie ingediend. Daarmee is voor het product nog niet bevestigd dat de toepassing ervan de blootstelling aan asbestvezels dusdanig minimaliseert dat het gebruik van het product ook een landelijke terugschaling in risicoklasse rechtvaardigt. De bewijslast voor landelijke terugschaling ligt niet bij de overheid, maar bij de producent van de schuimlaag, een werkgever of een opdrachtgever die met deze methode aan de slag wil. De overheid heeft met de oprichting van het VIP in 2020 gezorgd voor een onafhankelijke instantie. Partijen worden uiteraard van harte uitgenodigd een dergelijk verzoek bij het VIP neer te leggen. Deze boodschap is overigens bekend bij de producent van het betreffende schuim. Welk type metingen en andere informatie daarvoor nodig zijn, staat duidelijk aangegeven op de site van het VIP.

Zoals zeer recent aan uw Kamer gemeld, weten andere aanvragers het VIP goed te vinden en is inmiddels ook een werkmethode goedgekeurd2.

Gezien het gegeven dat FoamShield al breed toepasbaar is, terugschaling nooit ten koste mag gaan van de veiligheid en gezondheid van werknemers die met asbest moeten werken, de weg voor landelijke validatie via het VIP openstaat en de eerdere motie reeds is afgedaan, ontraad ik deze motie.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, W. Koolmees


X Noot
1

Kamerbrief 16 december 2019, «Stand van zaken uitvoer verbeteringen functioneren asbeststelsel» (Kamerstuk 25 834, nr. 166).

X Noot
2

Kamerbrief 28 april 2021, «Eerste beoordeling Validatie- en Innovatiepunt Asbest» (Kamerstuk 25 834, nr. 180).

Naar boven