Kamerstuk
| Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
|---|---|---|---|
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2007-2008 | 25800 nr. 22 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
|---|---|---|---|
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2007-2008 | 25800 nr. 22 |
Vastgesteld 17 juni 2008
De vaste commissies voor Defensie1 en voor de Rijksuitgaven2 hebben een aantal vragen voorgelegd aan de staatssecretaris van Defensie over de brief van 7 april 2008 inzake de elfde jaarrapportage project luchtverdedigingsen commandofregatten (LCF) (Kamerstuk 25 800, nr. 20).
De staatssecretaris heeft deze vragen beantwoord bij brief van17 juni 2008. Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt.
De voorzitter van de commissie voor Defensie,
Van Baalen
De voorzitter van de commissie voor de Rijksuitgaven,
Aptroot
De griffier van de commissie voor Defensie ,
De Lange
Wat is status-quo van openstaande garantiepunten?
Een aantal kleinere logistieke zaken zoals defecte reservedelen wordt momenteel nog onder garantie hersteld. Daarnaast is het openstaande garantiepunt bij de bouwmeester de afhandeling van de schade aan de gasturbine van Hr.Ms. De Zeven Provinciën. Zoals beschreven in de jaarrapportage zal het herstel van de gasturbine naar verwachting in november 2008 zijn voltooid. Tevens zijn wijzigingen in de bewakinginstallatie van de gasturbines aangebracht die moeten voorkomen dat soortgelijke schade opnieuw optreedt.
Welke beperkingen in het gebruik van de schepen kunnen nog worden opgenoemd als nawerk/restpunten die nog niet helemaal zijn afgehandeld?
De prestaties van een schip zijn de optelsom van een groot aantal, elkaar gedeeltelijk overlappende en aanvullende functionaliteiten. De voltooiing van de restpunten waarborgt dat het operationele product volledig voldoet aan de stafeisen. Zo levert de plaatsing van het Sirius-systeem een bijdrage aan de vroegtijdige detectie van raketten, vergroot een geïntegreerd electronic countermeasuressysteem de kans een raketaanval succesvol af te slaan, en verlaagt de voorziene aanpassing van het onderwaterschip, de «asuittrede», de kans op detectie door vijandelijke onderzeeboten. Overigens zijn de schepen inzetbaar. Ook zijn er nog restwerkzaamheden die van belang zijn voor de ondersteuning van de inzet van het schip en instandhouding van de capaciteiten. Dit zijn bijvoorbeeld de trainers voor de opleidingen en de voltooiing van onderhoudsfaciliteiten.
Waarom is in de jaarrapportage niet ingegaan op de bemensing op de geplande restactiviteiten? Hoe groot acht u de kans dat onderbezetting op deze activiteiten een risico vormt?
In de jaarrapportage is gemeld dat de projectorganisatie in 2006 is ontbonden en dat de resterende activiteiten bij de Directie Wapensystemen van de Defensie Materieelorganisatie (DMO) zijn belegd. De toenmalige manager exploitatievoorbereiding in het project is in zijn huidige functie van wapensysteemmanager verantwoordelijk voor de voortgang van de resterende activiteiten, daarbij ondersteund door de projectcontroller. Intern DMO zijn afspraken gemaakt waardoor met bestaande capaciteit het project LCF kan worden voltooid. Hiermee wordt het risico beperkt dat de geplande restactiviteiten niet tijdig worden afgemaakt.
Wanneer verwacht u de operationele gevolgen van het niet beschikbaar zijn van het zogenaamde electronic countermeasures-systeem in kaart te hebben gebracht? Is de verwachting dat dit gevolgen kan hebben voor de operationele inzetbaarheid van de schepen?
Zal de kamer over de inventarisatie van de operationele gevolgen en alternatieven geïnformeerd worden? Zo neen, waarom niet?
Wie is er verantwoordelijk voor dat het systeem nog niet voldoet aan alle eisen? Zijn er extra kosten gemoeid met het lopende onderzoek naar operationele gevolgen en alternatieven? Zo ja, hoe hoog zijn deze, en voor wiens rekening zullen deze kosten komen?
De leverancier is contractueel gehouden een systeem te leveren dat voldoet aan de gestelde eisen. Indien dat de leverancier niet lukt, kan van hem een compensatie worden verlangd. Het onderzoek naar operationele gevolgen en alternatieven wordt door defensiepersoneel uitgevoerd en leidt naar verwachting niet tot extra uitgaven. Als een tekortkoming tot onaanvaardbare beperkingen leidt, wordt de Kamer daarover geïnformeerd. In de tweede helft 2008 wordt de inventarisatie voltooid en ontstaat meer duidelijkheid.
Wordt, en zo ja op welke manier en wanneer, vastgesteld of het defect aan de gasturbine een incident was? Indien dit niet het geval is, welke kosten zullen hier in de toekomst naar verwachting mee gemoeid zijn? Wie zal voor deze kosten aansprakelijk zijn, Defensie of de fabrikant?
Het defect is niet opnieuw voorgekomen. Er is sprake van een structurele tekortkoming wanneer het zich bij hoog vermogen herhaaldelijk opnieuw voordoet. De bouwmeester is geïnformeerd dat dan een garantieclaim wordt ingediend. Overigens zal naar verwachting de aangepaste bewakingsinstallatie van de gasturbine voorkomen dat een schade opnieuw optreedt.
Kunnen de uitlaatgassen en roetdeeltjes die onder bepaalde omstandigheden via het helikopterdek de hangar inkomen, schadelijke gevlogen hebben voor de gezondheid van het aanwezige personeel?
Worden er extra voorzorgmaatregelen genomen, behalve het rekening houden met de windrichting, om te voorkomen dat het personeel hinder ondervindt van de uitlaatgassen en roetdeeltjes?
Onder specifieke omstandigheden, namelijk een koers van het schip in combinatie met de windrichting, kan het personeel in de hangaar worden blootgesteld aan uitlaatgassen en roetdeeltjes van de dieselgeneratoren. Aan herhaaldelijke en langdurige blootstelling zijn gezondheidsrisico’s verbonden. Om dat te voorkomen zijn maatregelen genomen, zoals het rekening houden met de windrichting bij helikopteroperaties, beperking van de blootstelling aan verontreinigingen door de instelling van passageverboden en de beperking van de verblijfsduur op het helikopterdek of de hangaar, en een andere bedrijfsvoering van de energieopwekking, waardoor de blootstelling aan roetdeeltjes vermindert. Ook zijn er structurele maatregelen in onderzoek. Aan boord van een van de LCF’n is een proefneming gedaan met het plaatsen van zogenaamde Catalysed Soot Trap (CST) installaties in de afvoergassenleidingen van de achterste dieselgeneratoren. Deze CST-installaties lossen een deel van de overlast op. Uit onderzoek door externe bureaus (NEVESBU en het NLR/DNW) is bovendien gebleken dat de overlast ook wordt verminderd door de schoorsteen van de kruisvaartdiesels te verlengen en de afvoergassen van de achterste dieselgeneratoren hierdoor af te voeren. Eenzelfde effect wordt bereikt door een (beperkte) verhoging van uitsluitend de uitlaten van de achterste dieselgeneratoren. Het huidige projectbudget is toereikend om deze maatregel uit te voeren. De definitieve besluiten over toe te passen maatregelen worden binnenkort genomen.
Samenstelling:
Leden: Van Bommel (SP), Van der Staaij (SGP), Poppe (SP), Van Baalen (VVD), Voorzitter, Ferrier (CDA), Kortenhorst (CDA), Van Velzen (SP), Haverkamp (CDA), Blom (PvdA), Ondervoorzitter, Eijsink (PvdA), Van Dam (PvdA), Kraneveldt-van der Veen (PvdA), Griffith (VVD), Irrgang (SP), Knops (CDA), Willemse-van der Ploeg (CDA), Jacobi (PvdA), Boekestijn (VVD), Brinkman (PVV), Voordewind (CU), Pechtold (D66), Van Gennip (CDA), Ten Broeke (VVD), Peters (GL) en Thieme (PvdD).
Plv. leden: Lempens (SP), Van der Vlies (SGP), Polderman (SP), Van Beek (VVD), Ormel (CDA), Jonker (CDA), De Wit (SP), De Vries (CDA), Roefs (PvdA), Wolbert (PvdA), Smeets (PvdA), Arib (PvdA), Blok (VVD), Roemer (SP), Vacature (CDA), De Nerée tot Babberich (CDA), Samsom (PvdA), Van der Burg (VVD), Wilders (PVV), Wiegman-van Meppelen Scheppink (CU), Van der Ham (D66), Omtzigt (CDA), Teeven (VVD), Vendrik (GL) en Ouwehand (PvdD).
Samenstelling:
Leden: Van der Vlies (SGP), Vendrik (GL), Kant (SP), Blok (VVD), Ten Hoopen (CDA), Weekers (VVD), Van Haersma Buma (CDA), De Nerée tot Babberich (CDA), Aptroot (VVD), Voorzitter, Dezentjé Hamming-Bluemink (VVD), Omtzigt (CDA), Koşer Kaya (D66), Luijben (SP), Van der Veen (PvdA), Kalma (PvdA), Van Gerven (SP), Blanksma-van den Heuvel (CDA), Cramer (CU), Van Dijck (PVV), Gesthuizen (SP), Ouwehand (PvdD), Heijnen (PvdA), Tang (PvdA), Vos (PvdA), Ondervoorzitter en Vacature (algemeen).
Plv. leden: Van der Staaij (SGP), Van Gent (GL), Roemer (SP), Van der Burg (VVD), Jonker (CDA), Snijder-Hazelhoff (VVD), De Vries (CDA), Van Hijum (CDA), Voorzitter van Beek (VVD), Boekestijn (VVD), De Pater-van der Meer (CDA), Van der Ham (D66), Gerkens (SP), Vermeij (PvdA), Kuiken (PvdA), Vacature (algemeen), Vacature (CDA), Anker (CU), de Roon (PVV), Irrgang (SP), Thieme (PvdD), Heerts (PvdA), Besselink (PvdA), Depla (PvdA) en Mastwijk (CDA).
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-25800-22.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.