nr. 5
NOTA VAN WIJZIGING
Ontvangen 16 januari 1998
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
Onder vernummering van het huidige artikel V tot VI, wordt een nieuw artikel
V toegevoegd, luidende:
ARTIKEL V
In de Wet op de omzetbelasting 1968 worden de volgende wijzigingen aangebracht:
A. Na artikel 34 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 34a
De ondernemer is verplicht boeken, bescheiden en andere gegevensdragers
of de inhoud daarvan – zulks ter keuze van de inspecteur – betreffende
onroerende zaken en rechten waaraan deze zijn onderworpen gedurende negen
jaren, volgende op het jaar waarin hij het goed is gaan bezigen, te bewaren.
B. In artikel 36 wordt «bij of krachtens de artikelen 34, 35 en
39.» vervangen door: bij of krachtens de artikelen 34, 34a,
35 en 39.
Toelichting
Onderdeel A
De door een ondernemer in aftrek gebrachte omzetbelasting ten aanzien
van onroerende zaken en rechten waaraan deze zijn onderworpen (zakelijke rechten),
hierna te noemen: onroerend goed, wordt na het jaar van ingebruikneming gedurende
negen jaren – de zogenoemde herzieningstermijn – gevolgd (zie
artikel 15, eerste lid, van de Wet op de omzetbelasting 1968 juncto artikel
13 van de Uitvoeringsbeschikking omzetbelasting 1968). Indien binnen deze
herzieningsperiode de omzetverhoudingen van belaste en vrijgestelde prestaties
van de ondernemer wijzigen, het werkelijk gebruik een reëler
of ander beeld geeft of indien sprake is van een vrijgestelde levering van
het onroerend goed, wordt de initiële aftrek van voorbelasting gecorrigeerd.
Om te kunnen bepalen welke in aftrek gebrachte omzet belasting herzien dient
te worden, is de aanwezigheid van boeken en bescheiden inzake de betreffende
transacties een voorwaarde. Het ligt derhalve in de rede dat de genoemde periode
van de herzieningstermijn tevens wordt aangehouden voor de bewaarplicht van
informatiedragers met betrekking tot onroerend goed. Een kortere bewaartermijn
ondermijnt gezag en werking van de herzieningsbepalingen. Daarom is een afwijking
op het voorstel tot verkorting van de algemene bewaartermijn voorzien. Voor
de tekst van het nieuwe artikel 34a van de Wet op de omzetbelasting 1968 is
aansluiting gezocht bij de tekst van de artikelen 47 en 52 van de Algemene
wet inzake rijksbelastingen. Ten aanzien van de uitleg van het begrip «boeken,
bescheiden en andere gegevensdragers» zij derhalve verwezen naar de
memorie van toelichting bij de Wet van 29 juni 1994, Stb. 499 inzake de aanpassing
van de administratieve verplichtingen (Kamerstukken II, 1988/89, 21 287,
nr. 3). Bij informatiedragers met betrekking tot onroerend goed kan bijvoorbeeld
worden gedacht aan notariële akten, (eind)afrekeningen van de notaris,
beschikkingen voor belaste verhuur/levering en vastleggingen omtrent het tijdstip
van eerste ingebruikneming en de daadwerkelijk in aftrek gebrachte voorbelasting.
Onderdeel B
In artikel 36 van de Wet op de omzetbelasting 1968 is voorzien in de zogenoemde
omkering van de bewijslast van de artikelen 25, zesde lid en 29, eerste lid,
van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, indien niet is voldaan aan de
(administratieve) verplichtingen van de artikelen 34, 35 en 39 van eerstgenoemde
wet. Deze sanctie houdt in dat bij niet-nakoming van de administratieve verplichtingen
de belastingaanslag wordt gehandhaafd, tenzij gebleken is dat en in hoeverre
hij onjuist is. De in het voorgestelde artikel 34a opgenomen bewaarplicht
hangt dermate nauw samen met de overige administratieve verplichtingen ten
aanzien van de omzetbelasting en is dermate belangrijk dat genoemd artikel
36 ook van toepassing moet zijn op het niet voldoen aan de bewaarplicht.
De Minister van Justitie,
W. Sorgdrager