nr. 1
KONINKLIJKE BOODSCHAP
Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Wij bieden U hiernevens ter overweging aan een voorstel van wet houdende
regels inzake gemeenschappelijke wisselkoersarrangementen van de euro, alsmede
wijziging van enkele andere wetten
De memorie van toelichting, die het wetsvoorstel vergezelt, bevat de gronden
waarop het rust.
En hiermede bevelen Wij U in Godes heilige bescherming.
's-Gravenhage
15 oktober 1997
Beatrix
nr. 2
VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het noodzakelijk is met het
oog op de deelneming van Nederland aan de derde fase van de Economische en
Monetaire Unie wetgeving aan te passen en daarbij een nieuwe voorziening te
treffen met betrekking tot de wisselkoers van de euro ten opzichte van de
valuta van lid-staten die niet tot het eurogebied behoren;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
HOOFDSTUK 1
Artikel 1
In deze wet wordt verstaan onder:
a. wisselkoersarrangementen: regelingen betreffende de wisselkoers als
bedoeld in artikel IV, sectie 2, van de Artikelen van Overeenkomst van het
Internationale Monetaire Fonds;
b. lid-staat: een staat die lid is van de Europese Gemeenschap;
c. lid-staten van het eurogebied; lid-staten die, conform artikel 109J,
lid 4, of artikel 109K, lid 2, van het Verdrag tot oprichting van de Europese
Gemeenschap, de gemeenschappelijke munt genaamd euro hebben aangenomen;
d. Onze Minister: Onze Minister van Financiën;
e. de Bank: De Nederlandsche Bank N.V.
Artikel 2
Onze Minister is gemachtigd, met het oog op het voeren van één
wisselkoersbeleid door de lid-staten van het eurogebied, na overleg met de
Bank, namens Nederland gezamenlijk met de lid-staten van het eurogebied wisselkoersarrangementen
te sluiten betreffende de wisselkoers van de euro ten opzichte van de valuta's
van lid-staten die niet tot het eurogebied behoren.
Artikel 3
De Wet inzake de wisselkoers van de gulden wordt ingetrokken.
HOOFDSTUK 2. WIJZIGING VAN ANDERE WETTEN
Artikel 4
De Wet financiële betrekkingen buitenland 1994 wordt gewijzigd als
volgt:
A
In artikel 1 wordt de volgende wijziging aangebracht:
Er wordt een nieuw onderdeel g ingevoegd, luidende:
g. de ECB: de Europese Centrale Bank bedoeld in artikel 4a van het Verdrag;
B
In artikel 2, eerste en tweede lid wordt de punt vervangen door een komma
en wordt de volgende zinsnede toegevoegd: voor zover het Verdrag zich daartegen
niet verzet.
C
In artikel 8, tweede lid, wordt de zinsnede «richtsnoeren en beschikkingen
van het EMI» vervangen door: richtsnoeren, instructies en andere verbindende
bepalingen van de ECB.
D
In artikel 8, tweede lid wordt «het EMI» vervangen door: de
ECB.
Artikel 5
In de Wet op de economische delicten vervalt in artikel 1, onder 2, de
Wet inzake de wisselkoers van de gulden, artikel 6, eerste en derde lid.
Artikel 6
In de Wet toezicht effectenverkeer 1995 wordt in artikel 7, tweede lid
onder e, de zinsnede «de centrale banken van de lid-staten» vervangen
door: de ECB bedoeld in artikel 4a van het Verdrag tot oprichting van de Europese
Gemeenschappen, en de centrale banken van de lid-staten.
HOOFDSTUK 3. SLOTBEPALING
Artikel 7
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip
dat voor de verschillende hoofdstukken en artikelen verschillend kan worden
vastgesteld.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Financiën,