25 657 Persoonsgebonden Budgetten

Nr. 284 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 22 februari 2017

In het debat met uw Kamer op 21 december 2016 (Kamerstuk 25 657, nr. 281) over de voortgang op het gebied van trekkingsrechten voor mensen met een persoonsgebonden budget (pgb), heb ik toegezegd u rond 1 maart nader te berichten over het beheer van het budgethoudersportaal. Met deze brief doe ik die toezegging gestand. Daarnaast treft u bijgevoegd de voortgangsrapportage van de ketenregisseur over het laatste kwartaal 20161.

Beheer budgethoudersportaal PGB

Op 21 juni 2016 heb ik u geïnformeerd over de toekomst van de uitvoering van het pgb (Kamerstukken 25 657 en 26 643, nr. 249). Het ontwikkelen van een budgethoudersportaal, het vergaand standaardiseren en digitaliseren en het beter borgen van de taken en verantwoordelijkheden voor de verstrekkers (gemeenten en zorgkantoren) zijn elementen die in een aangepast systeem van trekkingsrechten verankerd dienen te worden.

Bij het verankeren van de verantwoordelijkheden van de verstrekkers bij de toekomstige uitvoering van het pgb is de invoering van een budgethoudersportaal een belangrijk aspect. Met het budgethoudersportaal streven partijen naar vereenvoudiging in de uitvoering van het trekkingsrecht pgb en naar vermindering van administratieve lasten voor de budgethouders. Daarnaast biedt het portaal direct en actueel inzicht in de status van het budget voor de budgethouder en krijgt een budgethouder direct respons of een declaratie of zorgovereenkomst kan worden ingediend. Op 16 december jongstleden heb ik u geïnformeerd dat DSW/VECOZO het portaal «om niet» bouwt (Kamerstukken 25 657 en 28 828, nr. 275).

In overleg met de verstrekkers, vertegenwoordigd door de VNG en ZN, ben ik voornemens het beheer van het budgethoudersportaal pgb voor de Zvw, Wlz, Wmo en Jeugdwet te beleggen bij een door mij op te richten publieke organisatie. Vanwege de complexiteit van het stelsel kies ik voor het institutionaliseren van de keten in één publieke organisatie. Deze organisatie – met gemeenten en zorgkantoren in een leidende rol – krijgt een centrale opdrachtgeversrol voor de uitvoering van het beheer. Gelet op de aard van de informatie en de waarborging van privacy moet dit een publiekrechtelijke organisatie zijn, met een nader te bepalen rechtsvorm.

Het takenpakket van deze organisatie bevat in elk geval de zeggenschap over beslisregels voor controles op declaraties en zorgovereenkomsten, het afgeven van rechtmatigheidsverklaringen aan gemeenten en zorgkantoren, het eigenaarschap van de brongegevens, doorontwikkeling van het portaal en de keten (zonder onnodige overlap in ICT) en het opdrachtgeverschap voor de uitvoering van de gehele keten (inclusief opdrachtgeverschap richting de SVB). Dit zijn bevoegdheden die nu nog worden uitgeoefend door Ketenregie (in mandaat) en de SVB.

De betaalfunctie en het uitvoeren van het budgetbeheer, zoals de salarisadministratie voor budgethouders, het vervullen van het expertisecentrum voor werkgeverstaken en andere uitvoerende taken (zoals het aanleveren van documenten voor een rechtmatigheidsverklaring en het afhandelen bezwaar en beroep op betalingen) blijven taken van de SVB, inclusief het ondersteunen van de papierenstroom en de ondersteuning van budgethouders bij het werken met het portaal voor zover verstrekkers dit nodig achten.

Dit betekent dat de taken van de SVB en daarmee ook de verhoudingen binnen de keten veranderen. Terwijl gewerkt wordt aan de ontwikkeling van het budgethoudersportaal, worden deze nieuwe verhoudingen binnen de keten vormgegeven. Deze nieuwe situatie zal door alle betrokken ketenpartijen getoetst worden op uitvoerbaarheid in uitvoeringstoetsen en een gezamenlijke ketentoets. Dit onder andere met als doel een zorgvuldige invoering van het budgethoudersportaal begin 2018 te realiseren. De rol van de SVB wordt scherper gedefinieerd als uitvoerder zoals dat ook het geval is bij de andere wetten die zij uitvoert.

Het bestuur van deze organisatie zal op voordracht van de VNG en ZN door mij benoemd worden. Daarnaast zal ik na overleg met de VNG en ZN een voorzitter benoemen. Ketenpartijen vinden het belangrijk dat de budgethouders en zorgverleners – als gebruikers van het portaal – een zwaarwegende rol krijgen bij de nieuwe organisatie voor wat betreft de (doorontwikkeling) van de gebruikersfuncties in het budgethoudersportaal.

Eventuele wetswijzigingen en de op- en inrichting van een publiekrechtelijke organisatie, uiteraard volgens de spelregels zoals vastgesteld tussen het kabinet en uw Kamer, kost minimaal een jaar. Voor de realisatie van het budgethoudersportaal is echter eerder duidelijkheid gewenst. Ketenpartijen hebben mij daarom gevraagd om bij wijze van overgang het opdrachtgeverschap voor het beheer bij VWS te beleggen. De komende periode worden voorbereidingen getroffen en consequenties voor de governance in kaart gebracht. Een deel van de uitvoerende taken van de nog op te richten publiekrechtelijke organisatie wordt – in de tussenfase – belegd bij het Ketenbureau PGB. Met het oog op deze taak zal het Ketenbureau PGB tijdelijk worden versterkt en heringericht.

Tijdens het bestuurlijk overleg van 20 februari jongstleden is met de ketenpartners overeenstemming bereikt over het bovenstaande. Tevens hebben de ketenpartners tijdens dit overleg ingestemd met de top 6 ICT-investeringen van de SVB en het vrijgeven van de bijbehorende financiële middelen. In lijn met wat ik eerder aan uw Kamer heb toegezegd, zal ook het BIT worden betrokken bij de ICT-investeringen.

Voortgangsrapportage ketenregisseur

De ketenregisseur constateert in algemene zin dat partijen het afgelopen jaar een grote deel van de opgaven uit de werkagenda hebben gerealiseerd om de uitvoering van het trekkingsrecht persoonsgebonden budget (pgb) voor budgethouders te verbeteren. Zo is in het belang van zekerheid voor budgethouders en rechtmatigheid van uitvoering en fraudebestrijding, in het najaar van 2016 gestart met het uitvoeren van alle reguliere controles op nieuwe zorgovereenkomsten, wijzigingen op zorgovereenkomsten en declaraties. Dit proces en de jaarovergang van 2016 naar 2017 zijn ordentelijk verlopen. Eind 2016 zijn alle budgetten middels toekenningsberichten voor 2017 opnieuw bij de SVB aangeleverd. Door inspanningen vanuit gemeenten, zorgkantoren en de SVB waren aan het eind van 2016 nagenoeg alle toekenningsberichten voor 2017 verwerkt.

Tot slot stelt de ketenregisseur dat de uitbetalingen aan de zorgverleners van budgethouders stabiel blijven. In de maanden oktober, november, december zijn respectievelijk 99%, 98% en 97% van de ontvangen declaraties binnen 10 werkdagen uitbetaald.

Ik vertrouw erop u met bovenstaande voldoende te hebben ingelicht.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M.J. van Rijn


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven