25 657 Persoonsgebonden Budgetten

Nr. 183 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 23 juni 2015

U heeft mij gevraagd uw Kamer een reactie te geven op het vonnis van 19 juni 2015 van de kantonrechter Amsterdam in kort geding inzake de betaling van persoonsgebonden budgetten.

Laat ik nogmaals vooropstellen dat ik betreur dat de invoering van het systeem van trekkingsrechten niet goed is verlopen en dat budgethouders en zorgverleners hier hinder van kunnen hebben. Zo ook de betreffende zorgverlener uit deze casus. U heeft mij gevraagd om een reactie op deze casus, en of ik de analyse van de kantonrechter onderschrijf. De SVB heeft aangegeven in hoger beroep te gaan tegen deze uitspraak. Omdat deze zaak nog onder de rechter is past het mij niet om daar op dit moment een inhoudelijke reactie op te geven.

Inmiddels heb ik kennis genomen van het initiatief om een gezamenlijke claim in te dienen tegen de SVB. Ook daar kan ik in dit stadium niet op ingaan. Zoals u weet werk ik op verzoek van uw Kamer aan een tegemoetkoming voor budgethouders en zorgverleners die als gevolg van de invoeringsproblemen van het trekkingsrecht PGB nadeel hebben ondervonden. Zoals aangegeven in mijn brief van 19 juni jl ben ik voornemens u hierover na de zomer nader te informeren.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M.J. van Rijn

Naar boven