25 533
Regels inzake de telecommunicatie (Telecommunicatiewet)

nr. 61
VIERDE NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 31 maart 1998

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

1

In artikel 3.3, zevende lid, aanhef, tweede zin, wordt «betrekking hebben op» vervangen door: betrekking op.

2

Aan artikel 3.5 wordt een nieuw lid toegevoegd, luidende:

4. In het geval frequentieruimte moet worden gebruikt voor de verzorging voor het publiek van diensten als bedoeld in het tweede lid, kunnen bij of krachtens algemene maatregel van bestuur in het belang van een goede dienstverlening regels worden gesteld voor aanbieders van die diensten.

3

In artikel 3.11, vierde lid, wordt «de houder, bedoeld in het eerste lid, en» vervangen door «de houders, bedoeld in het eerste lid, of» en wordt «geen overeenstemming kunnen bereiken» vervangen door: onderling geen overeenstemming bereiken.

4

In artikel 4.2, eerste lid, aanhef, wordt «vierde lid» vervangen door: vijfde lid.

5

In artikel 4.4, tweede lid, wordt «artikel 4.3, derde lid» vervangen door: artikel 4.3, tweede lid.

6

In artikel 4.9 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

a. In het tweede lid wordt «aangewezen telecommunicatiediensten» vervangen door: aangewezen categorie van telecommunicatiediensten.

b. In het vierde lid wordt «van hem op een andere aanbieder» vervangen door: van hen op andere aanbieders.

c. In het vijfde lid wordt «aangewezen openbare telecommunicatiedienst wordt verzorgd» vervangen door: aangewezen categorie van openbare telecommunicatiediensten wordt verzorgd,.

d. In het zesde lid wordt «kosten bij» vervangen door: kosten van.

7

In artikel 6.4, eerste lid, wordt «worden aangewezen» vervangen door: worden als zodanig aangewezen.

8

In artikel 7.1, eerste lid, eerste volzin, wordt «richtlijn» vervangen door: Richtlijn nr..

9

In artikel 11.2 vervalt na «openbare telecommunicatiedienst» het leesteken komma.

10

In artikel 18.2, eerste lid, wordt «ander besluit» vervangen door: een besluit.

11

Na artikel 20.9 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 20.9a

Het frequentieregister is beschikbaar binnen zes maanden na het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet.

12

In artikel 20.13, derde lid, vervalt «, aanwezig te hebben».

Toelichting

1, 3 tot en met 10 en 12

De onderhavige wijzigingen zijn van technische en redactionele aard.

2

Abusievelijk is bij de derde nota van wijziging de mogelijkheid vervallen om in het geval een vergunning tot het gebruik van frequentieruimte verplicht tot het bieden van diensten aan het publiek, bij of krachtens algemene maatregel van bestuur regels te stellen met betrekking tot aanbieders van die diensten. Deze omissie wordt bij dit onderdeel hersteld.

11

Dit onderdeel houdt een overgangsbepaling in ten aanzien van de beschikbaarheid van het frequentieregister.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

A. Jorritsma-Lebbink

Naar boven