25 437
Wijziging van het Wetboek van Strafrecht, enige andere wetboeken en enige wetten (opheffing algemeen bordeelverbod)

nr. 14
MOTIE VAN HET LID DITTRICH

Voorgesteld 28 januari 1999

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat in april 1997 de ministers van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en van Justitie hebben toegezegd op korte termijn een Nationale Rapporteur tegen vrouwenhandel in te stellen;

overwegende dat vrouwenhandel een verderfelijk misdrijf is dat ook in internationaal verband moet worden aangepakt, waarvoor een goed inzicht in nationale en internationale ontwikkelingen inzake vrouwenhandel noodzakelijk is;

spreekt als haar mening uit dat de regering op zo kort mogelijke termijn een plan van aanpak opstelt, waarin de bevoegdheden en het budget van de Nationale Rapporteur tegen vrouwenhandel worden geregeld en deze op zo kort mogelijke termijn met zijn of haar werkzaamheden te laten beginnen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Dittrich

Naar boven