25 422 Opwerking van radioactief materiaal

Nr. 118 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 december 2014

Van 2 tot 13 november hebben 28 internationale deskundigen in de nucleaire veiligheid en stralingsbescherming van het Internationaal Atoom Energie Agentschap (IAEA) voor de eerste keer een audit door Integrated Regulatory Review Service (IRRS) uitgevoerd in Nederland. Op 13 november heb ik het concept rapport in ontvangst genomen. Hierbij informeer ik uw Kamer over de belangrijkste uitkomsten van deze IRRS-missie.

Structuur van de IRRS-missie

Elke Europese lidstaat moet op grond van twee Europese richtlijnen (de richtlijn nucleaire veiligheid van kerninstallaties en de richtlijn voor een verantwoord en veilig beheer van verbruikte splijtstof en radioactief afval) regelmatig een zelfevaluatie uitvoeren van de nationale wet- en regelgeving, de uitvoering waaronder de vergunningverlening, het toezicht en de handhaving op het gebied van nucleaire veiligheid en stralingsbescherming. Ook de voorbereiding op kernongevallen is onderwerp van de evaluatie.

Daarna moet volgens de richtlijnen een internationale toetsing van die zelfbeoordeling volgen. Hiervoor wordt de IRRS van het IAEA ingezet.

In de opzet van de IRRS-missie bereiden internationale experts een audit voor aan de hand van een zelfevaluatie en schriftelijke informatie van de lidstaat. Daarna toetsen de experts hun indrukken in interviews met medewerkers van de bevoegde autoriteit en in visitaties bij vergunninghouders.

Kenmerken van de missie zijn:

  • De audit is integraal en omvat alle aspecten van de stralingsbescherming en nucleaire veiligheid vanuit de verantwoordelijkheid van de rijksoverheid. De audit richt zich op de overheid als regulerende autoriteit en niet op de vergunninghouder;

  • Het gaat om een review waarbij de experts van het IRRS-reviewteam de zelfevaluatie, het actieplan, de regelgeving en de werkwijze van de overheid leggen naast de eisen en richtlijnen van het IAEA;

  • Het gaat om een service, om een dienst, niet om een inspectie. Een lidstaat krijgt geen cijfer, maar het resultaat van een review bestaat uit bevindingen, aanbevelingen en suggesties. Deze moeten de overheid in staat stellen om waar nodig continu de doelmatigheid en effectiviteit van de overheid verder te verbeteren. Ook identificeert het reviewteam good practices, die uniek zijn en als voorbeeld kunnen dienen voor andere landen.

Tussen de EU en het IAEA is vastgelegd dat het expertteam minimaal voor 1/3 afkomstig zou moeten zijn uit lidstaten van buiten de EU. Tijdens de missie in Nederland waren 21 nationaliteiten uit 5 werelddelen vertegenwoordigd. Op die manier bevordert het mechanisme van de IRRS ook de wereldwijde kennisdeling.

De IRRS is niet vrijblijvend. Over enkele jaren zal er een follow up missie plaatsvinden. Daarin komt het IAEA toetsen hoe de overheid het actieplan heeft uitgevoerd en hoe zij met de bevindingen, aanbevelingen en suggesties van het IAEA is omgegaan.

Bevindingen van het IAEA

Het IRRS-team van het IAEA heeft in het concept-rapport, dat ik op 13 november in ontvangst heb genomen, zijn aanbevelingen en suggesties voor verdere verbetering neergelegd. Door het kwaliteitstraject dat intern bij het IAEA in Wenen nog moet worden doorlopen, zal het officiële verslag van het IAEA naar verwachting in maart of april 2015 afgerond worden. Dit definitieve verslag dient ook aan de Europese Commissie en andere lidstaten gestuurd te worden en wordt doorgaans gepubliceerd.

In zijn concept rapport noemt het IAEA als belangrijkste aanbevelingen:

  • Nationaal beleid voor nucleaire veiligheid en stralingsbescherming, het beheer van radioactief afval en de bijbehorende financiële voorzieningen voor de ontmanteling en eindberging moet worden geconsolideerd met een speciale nadruk op de continuïteit van de menselijke hulpbronnen en financiële middelen in de toekomst.

  • De nieuwe Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming (ANVS) dient ervoor te zorgen dat haar structuur en organisatie een gemeenschappelijke veiligheidscultuur bevorderen. De autoriteit moet zo doende haar regulerende taken op het gebied van veiligheid uitvoeren op een geïntegreerde en gecoördineerde manier.

  • De autoriteit moet worden gevrijwaard van ongepaste politieke invloed. De communicatie en samenwerking tussen de verschillende delen van de autoriteit dienen te worden verbeterd. Er moeten voldoende middelen beschikbaar worden gesteld.

  • De ontwikkeling van het geïntegreerde managementsysteem van de autoriteit dient te worden afgerond. Het managementsysteem dient alle relevante processen te beschrijven alsmede de systematische training en kwalificatie van de medewerkers, het beheer van de verschillende veiligheid gerelateerde systemen en de documentatiesystemen.

  • De autoriteit dient de regelgeving en de voorschriften verder te ontwikkelen en periodiek te evalueren om de consistentie, duidelijkheid en transparantie te verbeteren in de vergunningverlening voor de verschillende installaties en activiteiten. De autoriteit dient ook het wet- en regelgevend kader te versterken op het gebied van de voorbereiding en respons op grote ongevallen en op het gebied van de bescherming van de patiënt en de bevolking.

  • Inspecties moeten systematisch worden gepland en geprioriteerd. Bevindingen van de inspectie moeten effectief worden gevolgd en de effectiviteit van de handhaving moet periodiek worden geëvalueerd.

Belang van de zelfevaluatie en de IRRS-missie

De audit is belangrijk om de stralingsbescherming en nucleaire veiligheid nog beter te borgen en continue te verbeteren. Daaraan voorafgaand heeft de zelfevaluatie er onder meer toe geleid dat;

  • om te voldoen aan een eis van het IAEA en ten behoeve van de transparantie het beleid uit de afgelopen 50 jaar, zoals dat is vastgelegd in de Kernenergiewet met de tientallen besluiten en regelingen en beleidsnota’s, is samengevat in de notitie die ik uw Kamer in oktober heb toegestuurd

  • de herziening van de Kernenergiewet, besluiten en regelingen ter hand wordt genomen

  • flinke stappen zijn gezet bij de ontwikkeling van een integraal managementsysteem

  • diverse interne protocollen zijn opgesteld en verbeterd

  • de samenwerking tussen onderdelen van de autoriteit is verbeterd

  • het Nationaal Crisisplan Stralingsincidenten is vernieuwd en

  • een actueel register van de grote bronnen is opgesteld.

Meest belangrijk acht ik dat de zelfevaluatie er toe heeft geleid, dat op mijn initiatief de ministerraad begin dit jaar heeft besloten om een aantal onderdelen binnen de overheid onder te gaan brengen in de nieuwe autoriteit, de ANVS. De ANVS wordt per 1 januari 2015 als dienst en een jaar later formeel als zelfstandig bestuursorgaan onder het Ministerie van Infrastructuur en Milieu geplaatst. Ik heb uw Kamer de planning met betrekking tot het wetsvoorstel voor oprichting van de ANVS als ZBO reeds toegezonden (Kamerstuk 25 422, nr. 116).

Ik hecht grote waarde aan de bevindingen van het IAEA. De bevindingen van de IRRS-missie onderschrijven andermaal het belang van het kabinetsbesluit om deze autoriteit op de voorgenomen wijze op te richten. De resultaten van de IRRS-missie komen op een goed moment; ze zijn relevant voor het verder inrichten van de nieuwe ANVS.

Zoals hierboven aangegeven zal het nog een paar maanden duren totdat het formele rapport van het IAEA gereed is. Vanwege de samenhang met de oprichting van de ANVS wil ik uw Kamer echter nu al in de gelegenheid stellen om kennis te nemen van de belangrijkste bevindingen van het IAEA. Daarom is de samenvatting uit het concept-rapport van het IAEA integraal als bijlage bij deze brief gevoegd1. Vanzelfsprekend zal het kabinet uw Kamer het rapport van de IRRS met een kabinetsreactie toesturen zodra dat beschikbaar is.

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

Naar boven