25 403
Wijziging van het Wetboek van Strafvordering in verband met de regeling van enige bijzondere bevoegdheden tot opsporing en wijziging van enige andere bepalingen (bijzondere opsporingsbevoegdheden)

nr. 9
AMENDEMENT VAN HET LID KALSBEEK-JASPERSE C.S.

Ontvangen 9 april 1998

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

In artikel I, onderdeel B, wordt, onder vernummering van artikel 126ff tot artikel 126gg, na artikel 126ee een afdeling ingevoegd, die luidt:

VIJFDE AFDELING: VERBOD OP DOORLATEN

Artikel 126ff

1. De opsporingsambtenaar die handelt ter uitvoering van een bevel als omschreven in de titels IVA tot en met V, is verplicht van de hem in de wet verleende inbeslagnemingsbevoegdheden gebruik te maken indien hij de vindplaats weet van voorwerpen waarvan het aanwezig hebben of voorhanden hebben ingevolge de wet verboden is. Deze verplichting geldt niet in het geval de officier van justitie op grond van een zwaarwegend opsporingsbelang anders beveelt.

2. Een bevel als omschreven in de tweede volzin van het eerste lid is schriftelijk en vermeldt:

a. de voorwerpen waar het betrekking op heeft,

b. het zwaarwegend opsporingsbelang.

II

In artikel I, onderdeel HH, wordt «artikel 126ff» vervangen door: artikel 126gg.

III

In artikel II wordt «artikel 126ff» vervangen door: artikel 126gg.

IV

In artikel IV, eerste lid, wordt «alsmede artikel 126ff» vervangen door: alsmede de artikelen 126ff en 126gg.

Toelichting

Onder doorlaten wordt verstaan het onder regie van politie en justitie bewust op de markt laten komen van illegale goederen. Tijdens het debat van 13 juni 1996 over het rapport van de parlementaire enquêtecommissie opsporingsmethoden heeft de Tweede Kamer in een motie (24 072, nr. 52) uitgesproken dat ten aanzien van het doorlaten een algemeen verbod geldt, waarvoor slechts op grond van een zwaarwegend opsporingsbelang ontheffing kan worden verleend. Onderhavig amendement zorgt ervoor dat dit uitgangspunt in het Wetboek van Strafvordering zal worden opgenomen.

Kalsbeek-Jasperse

O. P. G. Vos

Dittrich

Naar boven