25 403
Wijziging van het Wetboek van Strafvordering in verband met de regeling van enige bijzondere bevoegdheden tot opsporing en wijziging van enige andere bepalingen (bijzondere opsporingsbevoegdheden)

nr. 19
SUBAMENDEMENT VAN HET LID ROUVOET

Ontvangen 11 november 1998

De ondergetekende stelt het volgende subamendement voor:

In het amendement Kalsbeek-Jasperse c.s. (stuk nr. 9) wordt artikel 126ff gewijzigd als volgt:

Toegevoegd wordt een nieuw derde lid, luidende:

3. Een bevel als omschreven in de tweede volzin van het eerste lid wordt niet gegeven indien de voorwerpen als bedoeld in de eerste volzin van het eerste lid schadelijk of gevaarlijk kunnen zijn voor de veiligheid of de volksgezondheid.

Toelichting

Het verdient aanbeveling tot een wettelijke regeling van het verbod op doorlaten te komen. Qua argumentatie wordt aangesloten bij het amendement van het lid Kalsbeek-Jasperse c.s. (25 403, nr. 9). Dit subamendement zoekt aansluiting bij de bevindingen en aanbevelingen van de enquêtecommissie opsporingsmethoden terzake van doorlaten en bepaalt daartoe dat doorlating van schadelijke en/of gevaarlijke voorwerpen nooit is toegestaan.

Rouvoet