nr. 18
AMENDEMENT VAN HET LID VAN DE CAMP
Ontvangen 10 november 1998
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
In artikel I, onderdeel B, artikel 126o, eerste lid, wordt «Indien
uit feiten of omstandigheden een redelijk vermoeden voortvloeit dat in georganiseerd
verband misdrijven als omschreven in artikel 67, eerste lid, worden beraamd
of gepleegd die gezien hun aard of de samenhang met andere misdrijven die
in dat georganiseerd verband worden beraamd of gepleegd een ernstige inbreuk
op de rechtsorde opleveren» vervangen door: Indien uit feiten of omstandigheden
een redelijk vermoeden voortvloeit dat een misdrijf als omschreven in artikel
67, eerste lid, wordt beraamd dat gezien zijn aard, het georganiseerd verband
waarin het wordt beraamd of de samenhang met andere misdrijven die in dat
georganiseerd verband worden beraamd een ernstige inbreuk op de rechtsorde
oplevert.
II
In artikel I, onderdeel C, artikel 132a, wordt «of dat in georganiseerd
verband misdrijven worden beraamd of gepleegd, als omschreven in artikel 67,
eerste lid, die gezien hun aard of samenhang met andere misdrijven die in
dat georganiseerd verband worden beraamd of gepleegd een ernstige inbreuk
op de rechtsorde opleveren» vervangen door: of dat een misdrijf als
omschreven in artikel 67, eerste lid, wordt beraamd dat gezien zijn aard,
het georganiseerd verband waarin het wordt beraamd of de samenhang met andere
misdrijven die in dat georganiseerd verband worden beraamd een ernstige inbreuk
op de rechtsorde oplevert.
Toelichting
Met dit amendement wordt beoogd de mogelijkheid tot pro-actieve opsporing
uit te breiden tot misdrijven die een ernstige inbreuk op de rechtsorde opleveren,
zonder dat deze in georganiseerd verband worden geraamd. Voorbeelden hiervan
zijn zedenmisdrijven, zoals de handel in en het maken van kinderporno.
De ernst van het feit dient hier reeds voldoende te zijn pro-actieve opsporingshandelingen
mogelijk te maken.
Van de Camp