A
OORSPRONKELIJKE TEKST VAN HET VOORSTEL VAN WET EN VAN DE MEMORIE VAN
TOELICHTING, ZOALS VOORGELEGD AAN DE RAAD VAN STATE EN VOORZOVER NADIEN GEWIJZIGD
I. VOORSTEL VAN WET
– Artikel I, onderdelen A, M, S, U en X zijn nieuw toegevoegd.
– In artikel I, onderdelen C, E, G, I en O zijn de hoofdletters
van de opschriften vervangen door kleine letters.
– Artikel I, onderdeel H, derde lid (was onderdeel G) is opnieuw
geformuleerd. Dit artikellid luidde:
3. Indien het geboorteland van de werknemer, uitsluitend bij toepassing
van het tweede lid, niet overeenkomt met het geboorteland van één
dan wel van beide ouders, mede gelet op het eerste lid, onder d, en het al
of niet behoren tot de doelgroep van deze wet daarvan afhankelijk is, kan
de werknemer verklaren of hij al of niet tot de doelgroep wenst te behoren.
– Artikel I, onderdeel J, onder 1, is nieuw toegevoegd. De bestaande
tekst is vernummerd tot tweede lid.
– In artikel I, onderdeel N (was onderdeel L) is in het tweede lid
«van de werkgevers, welke aan hun verplichtingen ...» vervangen
door «van het aantal werkgevers, dat aan hun verplichtingen...».
– Aan artikel IV is een nieuw tweede lid toegevoegd. In het eerste
lid zijn de woorden «, met uitzondering van artikel I, onderdeel J,
onder 1,» nieuw.
II. MEMORIE VAN TOELICHTING
– In het algemeen deel, onder punt 1. Inleiding is een nieuwe derde
alinea ingevoegd met betrekking tot het wetsvoorstel inburgering nieuwkomers.
Tevens is in de tweede alinea, regel 9, de volgende zinssnede vervallen
in verband met intrekking wetsvoorstel : «wetsvoorstel tot wijziging
van het wettelijk minimumloon in verband met tijdelijke dispensatie,».
Voorts is in dezelfde regel «40 000 banenplan» vervangen
door de officiële benaming «Regeling extra werkgelegenheid voor
langdurig werklozen 1996 en 1997».
– Onder punt 4.1. is in de eerste alinea de tweede zin vervangen
door: «Volgens een in overleg met het Centraal Bureau voor de Statistiek
(CBS) bepaalde methodiek is door laatstgenoemde instantie een berekening gemaakt,
waaruit blijkt dat ca. 21 000 ondernemingen minimaal 35 werknemers in
dienst hebben. De informatie van het CBS is gedifferentieerd naar de verschillende
bedrijfstakken, zodat op dit niveau een beoordeling mogelijk is van de mate
waarin ondernemingen voldoen aan de in dit kader van de Wbeaa gestelde voorwaarden».
– Onder punt 4.2 van het algemeen deel is de derde alinea nieuw
toegevoegd.
– De artikelsgewijze toelichting op artikel I, onderdeel J, onder
1, is nieuw toegevoegd.
– Bij de artikelsgewijze toelichting op artikel I, onderdeel J,
onder 2 (was onderdeel I) zijn de derde, vierde en vijfde volzin van de eerste
alinea vervallen. Deze zinnen luidden:
Niet langer is voorgeschreven dat bij deze stukken een accountantsverklaring
moet worden gevoegd (administratieve lasten verlichting voor bedrijven). Deze
verplichting zal met terugwerkende kracht met ingang van 1 januari 1997 uit
de wet worden gehaald. Dit voornemen is opgenomen in de zogenoemde Veegwet
1997.
– Aan de artikelsgewijze toelichting op artikel I, onderdeel J,
onder 2 (was onderdeel I) is een tweede alinea toegevoegd.
– Aan de artikelsgewijze toelichting op artikel 1, onderdeel N (was
onderdeel L) is in de huidige laatste zin «van werkgevers» vervangen
door: «van het aantal werkgevers». De oorspronkelijke laatste
zin luidende: «De Arbeidsinspectie zal haar toezichthoudende taak gebruiken»
is vervallen.