25 332
Wet Transportongevallenraad

nr. 14
AMENDEMENT VAN HET LID VAN WANING

Ontvangen 11 maart 1998

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

Artikel 39, derde lid, komt te luiden:

3. Van het verlenen van medewerking kunnen zich verschonen zij die daardoor zichzelf of een van hun bloed- of aanverwanten in de rechte lijn of in de zijlijn in de tweede of derde graad of hun echtgenoot of vroegere echtgenoot aan het gevaar van een strafrechtelijke veroordeling of een nadelige civielrechtelijke uitspraak zouden blootstellen.

II

Artikel 52, vierde lid, komt te luiden:

4. Van het geven van getuigenis of het beantwoorden van vragen kunnen zich verschonen zij die daardoor zichzelf of een van hun bloed- of aanverwanten in de rechte lijn of in de zijlijn in de tweede of derde graad of hun echtgenoot of vroegere echtgenoot aan het gevaar van een strafrechtelijke veroordeling of een nadelige civielrechtelijke uitspraak zouden blootstellen.

Toelichting

Dit amendement voorziet er in dat het verschoningsrecht wat betreft het vermijden van het risico van een civielrechtelijk geding gelijk wordt getrokken aan dat wat betreft strafvervolging. Het belangrijkste punt van verschil met het wetsvoorstel is dat ook wat civielrechtelijke gedingen betreft, iemand geen voor hemzelf nadelige verklaring behoeft af te leggen.

Van Waning

Naar boven