25 295 Infectieziektenbestrijding

Nr. 906 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT, INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT EN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 december 2020

Om de risico’s op besmetting en verspreiding van het COVID-19 virus zoveel mogelijk te beperken, zet het kabinet zich in om zo snel als mogelijk een negatieve PCR-testuitslag voor reizigers uit alle gebieden waar een hoog COVID-risico geldt (zowel binnen als buiten de EU) te verplichten. De afgelopen week is uw Kamer middels diverse brieven geïnformeerd over de voortgang van het inregelen van een negatieve testuitslag voor de verschillende vervoersmodaliteiten.

Uw Kamer is op 23 december jl. (Kamerstuk 25 295, nr. 842) geïnformeerd dat met ingang van 29 december 2020, 00.01 uur luchtvaartmaatschappijen, die naar Nederland vliegen vanuit alle gebieden waar een hoog COVID-risico geldt (zowel binnen als buiten de EU), verplicht worden om alle passagiers vóór het boarden te controleren op de aanwezigheid van een negatieve PCR-testuitslag. De PCR test dient maximaal 72 uur voor de aankomst in Nederland afgenomen te zijn.

Met deze brief informeer ik uw Kamer, mede namens de Minister en Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat en de Minister van Justitie en Veiligheid, over de wijze waarop de negatieve testverklaring ook voor het internationaal openbaar personenvervoer per bus en trein en wordt ingeregeld. Tevens bied ik uw Kamer hierbij de ministeriële regeling aan, die in deze brief verder wordt toegelicht1.

Internationaal openbaar personenvervoer voor bus en trein

Op basis van de Tijdelijke wet maatregelen covid-19 (Kamerstuk 35 654) is een ministeriële regeling vastgesteld waarin is bepaald dat een aanbieder van internationaal openbaar personenvervoer per bus en trein met ingang van 29 december 2020, de eis dient te stellen dat reizigers die via een internationale bus of trein Nederland inreizen, in het bezit zijn van een negatieve PCR-testuitslag. De PCR test dient maximaal 72 uur voor de aankomst in Nederland afgenomen te zijn. De uitzonderingen op deze verplichting zijn in de regeling opgenomen en worden op rijksoverheid.nl gepubliceerd.

De verplichting geldt voor inreizigers en de aanbieders van internationaal personenvervoer per intercitytrein en bovenregionaal grensoverschrijdend busvervoer. Regionaal grensoverschrijdend busvervoer is daarmee uitgesloten van de regeling.

De verplichting zoals die is opgenomen in de regeling is gericht tot de vervoerders. Zij geven hieraan invulling door in de communicatie de reiziger te wijzen op het bij zich hebben van een negatieve testverklaring. Daarnaast dienen zij te controleren of de reizigers de negatieve testuitslag bij zich hebben en deze geldig is. In het aanbod tot vervoer dient bovendien besloten te liggen dat een reiziger zonder negatieve testuitslag het vervoer kan worden geweigerd. Controle door de vervoerder kan door bij het instappen of gedurende de reis aan de reiziger te vragen de negatieve testuitslag te tonen en de controle dient te gebeuren voordat het eerste station of de eerste stopplaats in Nederland wordt bereikt. Op Nederlands grondgebied moet de vervoerder er immers voor zorgen dat alle reizigers de negatieve testuitslag hebben. Als een reiziger die niet heeft zal deze reiziger bij het eerste station of stopplaats na de grenspassage gevraagd worden de trein of bus te verlaten.

Vervoerders zal gevraagd worden de verplichting voor reizigers om te beschikken over een negatieve PCR test te communiceren op hun website en langs andere geschikte communicatiekanalen. De NS zal gevraagd worden contact op te nemen met hun IC-partners over de communicatie aan de reiziger.

Om dit zo snel mogelijk in de praktijk tot uitvoering te kunnen brengen, is er contact geweest met de vervoerders die de desbetreffende vervoersdiensten aanbieden. Gelet op artikel 58c, derde lid, Wpg treedt deze ministeriële regeling op 29 december 2020 in werking, aangezien sprake is van een zeer dringende omstandigheid waarin ter beperking van gevaar direct moet worden gehandeld. Door het grote aantal besmettingen in Nederland en in het buitenland en door de in het buitenland gevonden varianten van het virus, is het noodzakelijk om direct inreizigers te controleren op een negatieve testuitslag. Daarom is toepassing gegeven aan de spoedprocedure van artikel 58c, derde lid, Wpg. De regeling wordt binnen twee dagen na vaststelling aan beide Kamers der Staten-Generaal overgelegd. De regeling vervalt van rechtswege indien de Tweede Kamer binnen een week na de toezending besluit niet in te stemmen met de regeling.

Internationaal passagiersvervoer per schip

Ook heeft het kabinet, na overleg met havens en veiligheidsregio’s, besloten dat vanaf heden voor rederijen die vanuit alle gebieden waar een hoog COVID-risico geldt (zowel binnen als buiten de EU) naar Nederland varen, verplicht is om alle passagiers vóór het boarden te controleren op de aanwezigheid van een negatieve PCR-testuitslag. De PCR test dient maximaal 72 uur voor de aankomst in Nederland afgenomen te zijn. Als passagiers geen negatieve PCR-testuitslag hebben die aan de eisen voldoet, dan mogen zij niet aan boord van het vaartuig. Dit geldt zowel voor internationale veerdiensten als voor ander passagiersvervoer over water, zoals zee- en riviercruises. Op dit moment is dit voor de veerdiensten naar het VK al verplicht. Voordat andere veerdiensten of cruises gaan varen, zal het kabinet door middel van een aanwijzing zorgen dat de negatieve testverklaring verplicht is.

Tot slot

Het kabinet benadrukt nogmaals dat buitenlandse reizen in deze tijd alleen zijn bedoeld voor hen die vanuit noodzakelijke redenen zich moeten verplaatsen en dat ook met deze maatregel de huidige quarantaineregels voor reizigers uit alle gebieden waar een hoog COVID-risico geldt onverkort blijven gelden. Bij de verdere implementatie wordt contact gehouden met alle betrokken partijen en wordt waar mogelijk aansluiting gezocht bij de soortgelijke maatregelen die genomen zijn of worden in onze buurlanden en/of in Europees verband.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, H.M. de Jonge

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga

De Minister van Justitie en Veiligheid F.B.J. Grapperhaus


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven