De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat er in verband met de aanpak van het coronavirus en de impact van
de crisis op het parlementaire proces een tijdelijke werkwijze van de Tweede Kamer
van kracht is;
constaterende dat een hoofdelijke stemming aanvragen een individueel recht van Kamerleden
is dat is verankerd in de Grondwet en het Reglement van Orde;
constaterende dat in de werkafspraken zoals afgesproken op 26 augustus 2020 staat
dat er iedere dinsdag per fractie wordt gestemd en hoofdelijke stemmingen in beginsel
na de reguliere stemmingen plaatsvinden;
constaterende dat de meeste fracties hun leden bij veel debatten, tot laat in de nacht
en drie dagen per week in huis houden, omdat Kamerleden altijd een verzoek tot hoofdelijke
stemming kunnen doen dan wel een motie van wantrouwen kunnen indienen;
overwegende dat deze werkwijze op gespannen voet staat met de huidige norm «werk thuis
tenzij» en bovendien een zeer zware wissel trekt op Kamerleden en medewerkers die
betrokken zijn bij het primaire proces;
verzoekt het Presidium, er zorg voor te dragen dat de volgende tekst per direct wordt
toegevoegd aan de reeds bestaande coronawerkafspraken d.d. 26 augustus 2020:
«Maakt een Kamerlid tijdens een debat gebruik van het individuele recht om een hoofdelijke
stemming aan te vragen en is hij/zij van mening dat niet gewacht kan worden tot de
eerstvolgende dinsdag, dan wordt hier de eerstvolgende Kamerdag over gestemd. Dit
geldt ook ten aanzien van moties van wantrouwen, tenzij de bewindspersoon in kwestie
(voorafgaand aan het debat) al kenbaar heeft gemaakt direct na het debat helderheid
te willen. Indien het een debat betreft met een deadline, bijvoorbeeld een debat voorafgaand
aan een Europese top, dan kan in onderling overleg van deze afspraak afgeweken worden
en wel op het moment zelf worden gestemd.»
en gaat over tot de orde van de dag.
Dijkhoff
Pieter Heerma
Jetten
Klaver
Marijnissen
Asscher
Segers
Ouwehand
Van Brenk
Van der Staaij
Azarkan
Baudet
Van Haga
Van Kooten-Arissen
Krol