25 295 Infectieziektenbestrijding

Nr. 1941 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 september 2022

Via deze weg deel ik met uw Kamer de brief die op 2 september jl. vanuit het onderzoeksinstituut ZonMw ontvangen is, aangaande de beperkte toegang tot data bij het onderzoek naar oversterfte1. In deze brief wordt aangegeven dat er zorgen zijn vanuit de voor het oversterfte onderzoek ingestelde klankbordgroep, over de uitvoerbaarheid van het oversterfte onderzoek wanneer de toegang tot relevante data beperkt blijft. Met relevante data wordt hier met name gesproken over vaccinatiedata (beschikbaar bij het RIVM) en de testuitslagen (beschikbaar bij de GGD’en).

Het oversterfte onderzoek bevindt zich momenteel in traject 3. Zoals al eerder aangegeven aan uw Kamer is hierbij toegang tot relevante data van groot belang. ZonMw heeft recentelijk de onderzoeksagenda voor dit traject van het oversterfte onderzoek gepubliceerd, en hierbij een verdeling gemaakt in meerdere onderdelen. Voor de uitvoerbaarheid van onderdeel 1 en 2 is er geen probleem wanneer de bevraagde test- en vaccinatiedata niet beschikbaar komt, aangezien hierbij met beschikbare data en via cohorten gewerkt wordt. Voor de uitvoering van onderdeel 3, waarbij analyses (replicatie) van de onderzoeksresultaten van het CBS en het RIVM uitgevoerd zullen worden, is de test- en vaccinatiedata wel nodig.

Momenteel wordt er gewerkt aan het regelen van de toegang tot relevante data, en hierbij is grote zorgvuldigheid vereist. Het moet namelijk te allen tijde op verantwoorde wijze binnen de privacy- en juridische kaders gebeuren. Er worden bredere analyses uitgezet waarin de risico’s bij de datadeling afgewogen worden ten opzichte van de baten samen met de betrokken partijen. Wanneer er meer duidelijkheid is over de mogelijkheden voor de toegang tot data en daarmee het oversterfte onderzoek, zal ik uw Kamer hier actief over informeren.

Het additionele verzoek om de onderliggende correspondentie tussen het Ministerie van VWS en het RIVM en/of GGD kan, gezien de korte termijn van beantwoording van het verzoek, niet ingewilligd worden. Dit zal naderhand naar uw Kamer toegestuurd worden.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.J. Kuipers


X Noot
1

Zie bijlage.

Naar boven