25 295 Infectieziektenbestrijding

Nr. 1339 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 1 juli 2021

Hierbij doe ik u ten behoeve van uw agenda een overzicht toekomen van de voorgenomen regelgeving op het terrein van covid-19, die volgens de huidige planning vóór eind september 2021 aan uw Kamer zal worden voorgelegd.

Dit betreft de hierna genoemde regelgeving, waarbij de planning telkens is vermeld:

Besluit houdende wijziging van het Tijdelijk besluit veilige afstand, waarbij de veilige afstand op nul wordt gesteld

Zoals aangekondigd in de stand van zakenbrief COVID-19 van 18 juni jl.1 is besluitvorming over het al dan niet loslaten van de anderhalve meter half augustus voorzien. De verplichting om een veilige afstand te houden is verankerd in de Wet publieke gezondheid (Wpg). In het Tijdelijk besluit veilige afstand is vastgelegd dat de veilige afstand anderhalve meter bedraagt. Indien de regering op enig moment wil kunnen besluiten tot het loslaten van de anderhalve meter, dient dit besluit te worden gewijzigd. Daartoe is ter voorbereiding een aantal stappen nodig, waaronder voorhang van het ontwerpbesluit bij beide Kamers en het voor advies doen voorleggen van het ontwerpbesluit aan de Afdeling advisering van de Raad van State. Deze stappen zorgen ervoor dat de benodigde regelgeving tijdig gereed is, zodat het vanaf half augustus ook mogelijk is om te kunnen besluiten de 1,5 meter al dan niet los te laten.

Gelet hierop streven wij ernaar dit ontwerpbesluit, dat ertoe dient de anderhalve meter op nul te stellen, op 6 juli a.s. toe te zenden aan beide Kamers in het kader van de voorgeschreven voorhang. Dit betreft derhalve enkel de procedurele stap ter voorbereiding op de besluitvorming over de anderhalve meter die zoals aangegeven, half augustus wordt voorzien.

Ministeriële regelingen aanpassingen loslaten 1,5 meter en voorwaarden voor meerdaagse evenementen

Dit betreft twee afzonderlijke regelingen. De eerste regeling bevat de aanpassingen van de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 en de Tijdelijke regelingen maatregelen covid-19 Bonaire, Sint Eustatius en Saba, die nodig zijn als besloten wordt de anderhalve meter los te laten. Deze regelingen voorzien in het vervallen van huidige maatregelen die ertoe strekken de veilige afstand te borgen. Inwerkingtreding van deze aanpassingen is dan ook gekoppeld aan het onder het vorige punt genoemde besluit.

De tweede regeling bevat de voorwaarden waaronder het mogelijk wordt meerdaagse evenementen te organiseren. Als besloten wordt meerdaagse evenementen weer mogelijk te maken is wijziging van die regeling nodig, aangezien een evenement momenteel maximaal 24 uur mag duren. Ook voor het stellen van eventuele voorwaarden aan die evenementen, zoals het verplicht testen, is deze regeling nodig.

Wij streven ernaar ook deze beide regelingen op 6 juli a.s. toe te zenden aan beide Kamers in het kader van de voorgeschreven nahang.

De ministeriële regeling in verband met de afstemming van enkele algemene regels voor coronatoegangsbewijzen op het EU Digitaal Corona Certificaat

Deze regeling bevat de technisch noodzakelijke aanpassingen van de algemene regels voor toegangsbewijzen op het Europese DCC en wordt naar verwachting op 9 juli a.s. bij beide Kamers nagehangen.

Ministeriële regeling herstel- en vaccinatiebewijzen Bonaire, Sint Eustatius en Saba

In deze regeling wordt, analoog aan de regeling voor Europees Nederland, de gelijkstelling geregeld van herstel- en vaccinatiebewijzen met testbewijzen, en worden ook enkele technische wijzigingen aangebracht. Momenteel wordt met de eilanden overlegd over eventueel gewenste differentiatie tussen de eilanden. Deze regeling wordt zo spoedig mogelijk en uiterlijk op 9 juli a.s. bij beide Kamers nagehangen.

Tijdelijk besluit Digitaal Corona Certificaat op grond van artikel 6ba van de Wet publieke gezondheid

Met ingang van 1 juli 2021 is in werking getreden de Tijdelijke spoedregeling DCC (Stcrt. 2021, nr. 34544), ter uitvoering van de Europese verordening over certificaten met betrekking tot covid-19. Op grond van artikel 6ba van de Wet publieke gezondheid kan een dergelijke regeling ten hoogste drie maanden gelden en dient daarna te worden vervangen door een algemene maatregel van bestuur. Dit besluit strekt daartoe en wordt in september, aan het einde van het zomerreces, voorgehangen bij beide Kamers.

Koninklijk besluit houdende derde verlenging van bepalingen van de Tijdelijke wet maatregelen covid-19

De bepalingen van de Twm vervallen op 1 september 2021, tenzij de geldingsduur daarvan tijdig wordt verlengd bij koninklijk besluit. Het ontwerpbesluit wordt naar verwachting op 12 augustus voorgehangen bij beide Kamers. De inhoud van dit besluit is reeds gedeeld met uw Kamer in de stand van zakenbrief COVID-19 d.d. 18 juni jl.2 en op hoofdlijnen toegelicht in het debat met uw Kamer op 24 juni jl. (Handelingen II 2020/21, nr. 93, debat over ontwikkelingen rondom het coronavirus). De strekking van het besluit is dat verlenging van de werkingsduur van bepalingen van de Twm met drie maanden noodzakelijk is, omdat uit het 116e en 117e OMT-advies blijkt dat vanaf 1 september 2021 nog sprake is van een directe dreiging van de epidemie van het virus. Niet verlengd wordt de werkingsduur van de wettelijke grondslag voor het vaststellen van een ministeriële regeling om het vertoeven in de openlucht te beperken, waarop de avondklok was gebaseerd. Deze grondslag wordt nu en in de nabije toekomst niet noodzakelijk geacht. Conform mijn toezegging aan het lid Bikker zal in de toelichting bij het ontwerpbesluit tevens per bepaling (of onderwerp) worden toegelicht waarom die bepaling nodig is.

Op 6 juli a.s. zal ik uw Kamer informeren over de voorbereiding van de besluitvorming over het al dan niet loslaten van de 1,5 meter, zoals reeds aangekondigd in de stand van zakenbrief COVID-19 van 18 juni jl. Bovenstaande aangekondigde regelgeving over het loslaten van de 1,5 meter zal gelijktijdig worden toegezonden aan uw Kamer.

Ik hoop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

Een afschrift van deze brief doe ik toekomen aan de voorzitter van de Eerste Kamer.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, H.M. de Jonge


X Noot
1

Kamerstuk 25 295, nr. 1297.

X Noot
2

Kamerstuk 25 295, nr. 1297.

Naar boven