25 295 Infectieziektenbestrijding

Nr. 1287 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR MEDISCHE ZORG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 juni 2021

Uw vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft vier petities ontvangen inzake de uitoefening van contactberoepen in de alternatieve zorg, waaronder osteopaten, acupuncturisten en haptotherapeuten, gedurende de lockdown. In de procedurevergadering van 14 april 2021 heeft de commissie een reactie gevraagd op deze petities. Hierbij treft u mijn reactie aan.

In de presentatie bij de aanbieding van de petities wordt door de aanbieder erop gewezen dat jaarlijks 750.000 patiënten gebruikmaken van alternatieve zorg en dat deze zorg vaak wordt vergoed vanuit de aanvullende zorgverzekering. De aanbieder stelt dat de therapeuten die alternatieve zorg aanbieden dit doen conform de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO) en de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz). Het uitoefenen van contactberoepen in de alternatieve zorg was desalniettemin niet toegestaan van 15 december 2020 tot 3 maart 2021. De petities verzoeken om deze contactberoepen toe te voegen aan de lijst met uitgezonderde contactberoepen, zodat deze beroepen gedurende een lockdown uitgeoefend kunnen worden.

Zoals hiervoor aangegeven is het sinds 3 maart 2021 weer toegestaan om alle contactberoepen uit te oefenen. Half december vorig jaar was de situatie echter dusdanig ernstig dat het kabinet genoodzaakt was om een heftig en ingrijpend besluit te nemen door maatregelen af te kondigen die de volle breedte van de samenleving treffen en die feitelijk neerkomen op een lockdown. Het beleid was gericht op het beperken van contactmomenten en reisbewegingen, zonder de noodzakelijke medische zorg te verhinderen. Hierdoor moest er een onderscheid gemaakt worden tussen beroepen in de zorg. Dit onderscheid werd gemaakt op basis van bestaande wet- en regelgeving, namelijk: de zorgverzekeringswet, Wet Langdurige Zorg, Wet Maatschappelijke Ondersteuning, de Jeugdwet, Wet Forensische Zorg, de Wet Publieke Gezondheid en/of (para)medische contactberoepen die onder de reikwijdte van de weg BIG vallen of beroepsuitoefening in het kader van bloedafname en bloedvoorziening. Er werd aansluiting gezocht bij de hiervoor genoemde wetten omdat de beroepen in deze wetten de zorg omvatten die bekostigd wordt uit publieke middelen en beroepen omvat die wettelijk gereguleerd zijn.

Het onderscheid tussen contactberoepen was noodzakelijk. Bij de bestrijding van het coronavirus is het namelijk van groot belang om het aantal besmettingen te verminderen. Met dit onderscheid werd dan ook beoogd om contactmomenten en reisbewegingen zo veel mogelijk te beperken, zonder de noodzakelijke medische zorg te verhinderen. Dit gegeven maakte dat het onvermijdelijk was om een onderscheid te maken tussen beroepen in de zorg.

Sinds 3 maart 2021 mogen alle contactberoepen weer worden uitgeoefend. Hierbij gelden wel een aantal aanvullende maatregelen. Namelijk dat klantgegevens geregistreerd dienen te worden ten behoeve van het bron- en contactonderzoek, klanten reserveren, er een gezondheidscheck uitgevoerd wordt en dat er een mondkapje gedragen wordt. Bij een eventuele toekomstige lockdown zal aan de hand van de epidemiologische situatie opnieuw worden bekeken in hoeverre het dan noodzakelijk is om het uitoefenen van contactberoepen te beperken. Ik hoop echter dat het epidemiologisch beeld zich zodanig ontwikkelt dat in de toekomst geen verbod op het uitoefenen van bepaalde contactberoepen nodig zal zijn.

De Minister voor Medische Zorg, T. van Ark

Naar boven