25 196
Goedkeuring van de op 4 november 1995 te Mauritius tot stand gekomen Overeenkomst tot wijziging van de Vierde ACS-EG-Overeenkomst van Lomé en het op 20 december 1995 te Brussel tot stand gekomen Intern Akkoord betreffende de financiering en het beheer van de steun van de Gemeenschap in het kader van het Tweede Financieel Protocol bij de Vierde ACS-EG-Overeenkomst

nr. 9
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 14 januari 1998

Naar aanleiding van het plenaire debat over de ratificatie van het Verdrag van Lomé IV bis heb ik de CDA-fractie toegezegd nadere informatie inzake de Culturele Stichting te zullen toezenden.

De Culturele Stichting is bij de herziening van het Verdrag van Lomé de facto opgeheven. Er zijn geen fondsen meer beschikbaar voor deze stichting en er is geen personeel meer in dienst. De Commissie onderzoekt thans met de ACS-landen op welke wijze vorm kan worden gegeven aan culturele samenwerking. Op dit moment vindt culturele samenwerking plaats door middel van financiering van activiteiten op ad hoc basis uit de Regionale Indicatieve Programma's. Dergelijke projecten worden ter goedkeuring aan de lidstaten voorgelegd.

De iure is de Culturele Stichting niet opgeheven bij de herziening van het Verdrag van Lomé in 1995 om de mogelijkheid niet geheel uit te sluiten in de toekomst nog via deze stichting te gaan samenwerken, maar dan met geheel aangepaste regels. Opheffing werd binnen de Unie door slechts één lidstaat bepleit en de ACS-landen waren tegenstander van totale opheffing van de Stichting. De Nederlandse opstelling ten aanzien van de Culturele Stichting is zeer kritisch geweest maar voor opheffing is niet gepleit om de mogelijkheid voor toekomstige culturele samenwerking op reguliere basis open te houden. Deze inzet werd gedeeld door de meeste andere EU-lidstaten en de Commissie.

De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking,

J. P. Pronk

Naar boven