nr. 6
NOTA VAN WIJZIGING
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
A
In de tabel in bijlage 1 worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1. In de beschrijving van de verdeelmaatstaf in tabelregel 1, kolom 2,
eerste volzin, komt de zinsnede «, in duizenden guldens,» te vervallen.
2. In tabelregel 3a en b, onder b, wordt «Het aantal inwoners»
vervangen door: het aantal inwoners.
3. De beschrijving van de verdeelmaatstaf in tabelregel 5, kolom 2, komt
te luiden: Het aantal hectaren water in de provincie.
4. De peildatum in tabelregel 8, kolom 4, wordt vervangen door: 31 december
1992.
B
Bijlage 2 komt te luiden:
Bijlage 2. De bedragen per eenheid over het uitkeringsjaar
1998 (bijlage bij artikel 7, tweede lid)
nr. | verdeelmaatstaf | Guldens
per eenheid |
---|
1 | Motorrijtuigenbelasting | – 73,59 per
f 100 hoofdsom |
2a | Inwoners | 43,73 |
2b | Inwoners
boven 640 000 | 21,20 |
3a | Inwoners in stedelijke gebieden | 30,37 |
3b | Inwoners in landelijke gebieden | 38,00 |
4 | Land | 99,83 |
5 | Water | 69,35 |
6 | Groen | 36,50 |
7 | Gewogen
weglengte | 53 469,74 |
8 | Elektriciteitsverbruik | 743,75 |
9 | Vast bedrag | 10 143 500,00 |
C
Bijlage 3 komt te luiden:
Bijlage 3. Overgangsmaatregelen in verband met de herverdeling
(bijlage bij artikel 12)
| Kolom
1 Uitkeringsjaar 1998 | Kolom 2 Uitkeringsjaar 1999 | Kolom 3 Uitkeringsjaar
2000 | Kolom 4 Uitkeringsjaar 2001 en volgende |
---|
Groningen | 8 117 432 | 6 851 651 | 5 585 870 | 4 320 090 |
Friesland | 4 222 289 | 2 907 350 | 1 592 410 | 277 471 |
Drenthe | 7 688 098 | 5 969 923 | 4 251 748 | 2 533 572 |
Overijssel | – 1 231 682 | – 2 139 213 | – 3 046 744 | – 3 954 275 |
Gelderland | – 10 343 350 | – 7 696 388 | – 5 049 426 | – 2 402 464 |
Utrecht | 15 199 702 | 11 188 292 | 7 176 882 | 3 165 471 |
Noord-Holland | – 20 487 288 | – 16 230 182 | – 11 973 075 | – 7 715 969 |
Zuid-Holland | – 11 624 664 | – 9 270 219 | – 6 915 774 | – 4 561 329 |
Zeeland | 10 837 941 | 9 600 942 | 8 363 942 | 7 126 943 |
Noord-Brabant | 1 517 363 | 1 563 857 | 1 610 351 | 1 656 846 |
Limburg | 4 309 139 | 3 235 959 | 2 162 780 | 1 089 601 |
Flevoland | – 8 204 980 | – 5 981 972 | – 3 758 964 | – 1 535 957 |
Toelichting
Op de belangrijkste wijzigingen wordt ingegaan in de nota naar aanleiding
van het verslag bij het onderhavige wetsvoorstel. In deze toelichting wordt
volstaan met enkele meer wetstechnische opmerkingen en wordt verwezen naar
de desbetreffende onderdelen van de nota naar aanleiding van het verslag.
Onderdeel A
De wijzigingen in dit onderdeel betreffen de volgende punten. In de beschrijving
van de verdeelmaatstaf motorrijtuigenbelasting was in bijlage 1 van het wetsvoorstel
opgenomen dat de hoofdsommen worden uitgedrukt in duizenden guldens. Aangezien
de hoofdsommen feitelijk in guldens worden bepaald, dient de passage «in
duizenden guldens» te vervallen.
Nieuw is de verdeelmaatstaf water (nr. 5). Niet langer wordt onderscheid
gemaakt in binnenwater, buitenwater en IJsselmeerwater. De tabel in bijlage
2 (onderdeel B) is dienovereenkomstig aangepast. Zie in dit verband ook hoofdstuk
7 van de nota naar aanleiding van het verslag bij het onderhavige wetsvoorstel.
De maatstaf elektriciteitsverbruik (nr. 8) wordt voorlopig bevroren in
afwachting van de introductie van een nieuwe maatstaf. Wij verwijzen naar
hoofdstuk 7 van de nota naar aanleiding van het verslag.
Onderdeel B
In dit onderdeel worden in de tabel in bijlage 2 de bedragen per eenheid
over het jaar 1998 toegekend aan de verdeelmaatstaven. Voorts zijn er enkele
wijzigingen van technische aard aangebracht.
Bij de maatstaf motorrijtuigenbelasting gaat het om een rekentarief van
73,59 zijnde opcenten. Het heffen van opcenten impliceert de heffing van een
percentage van de conform de beschrijving bepaalde hoofdsom. Het gebruik van
een percentage maakt dat het nog gedeeld moet worden door 100.
Bovendien wordt een fout in het wetsvoorstel hersteld. In het aanvankelijke voorstel was in tabelregel 8 in plaats van de verdeelmaatstaf
elektriciteitsverbruik abusievelijk het kenmerk bedrijvigheid opgenomen.
Onderdeel C
De in dit onderdeel neergelegde wijziging betreft een bijstelling van
de bijlage met de overgangsmaatregelen. Voor een meer uitgebreide beschouwing
over de actualisatie van het verdeelmodel verwijzen wij naar hoofdstuk 2 van
de nota naar aanleiding van het verslag en de bijlage.
De Minister van Binnenlandse Zaken,
H. F. Dijkstal
De Staatssecretaris van Financiën,
W. A. F. G. Vermeend