25 124
Nieuwe infrastructuur mobiele communicatie (C2000)

nr. 59
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 september 2009

Dit jaar zijn er drie grootschalige incidenten geweest, te weten de vliegtuigramp met een toestel van Turkish Airlines (Poldercrash), de aanslag in Apeldoorn op Koninginnedag en de ongeregeldheden op het strand van Hoek van Holland. In al deze gevallen zijn hulpverleners geconfronteerd met communicatieproblemen tijdens de afhandeling van de incidenten.

Uit de verkeersgegevens van het C2000-netwerk blijkt dat in het geval van de Poldercrash en bij Apeldoorn er sprake is geweest van overbelasting van C2000-masten rond het crisisgebied. Er was bij beide incidenten sprake van congestie. Dat wil zeggen dat hoewel C2000 volledig operationeel was, niet alle spraakaanvragen gelijk tot stand kwamen. Bij Hoek van Holland was er geen sprake van overbelasting van de C2000-masten. Er heeft zich dan ook geen congestie voorgedaan.

Binnen C2000 wordt gewerkt met gespreksgroepen om de communicatie tussen hulpverleners te ordenen. Het gebruik van veel verschillende gespreksgroepen vraagt veel capaciteit, waardoor overbelasting kan ontstaan. Het gebruik van weinig gespreksgroepen met veel gebruikers leidt niet tot overbelasting. Doordat maar één gebruiker binnen een gespreksgroep tegelijk kan communiceren, ontstaat voor andere gebruikers de indruk dat overbelasting is opgetreden. Bij alle drie de incidenten heeft deze situatie zich voorgedaan.

Ik vind het van het grootste belang dat de communicatieproblemen snel worden opgelost. Daartoe heb ik al een aantal acties in gang gezet. Na de poldercrash is een analyse uitgevoerd naar de mogelijke oorzaken van de geconstateerde communicatieproblemen. De mogelijke oorzaken zijn:

– Organisatorisch; zijn de procedures voor het gebruik van C2000 tijdens grootschalige incidenten wel compleet, bekend en geoefend bij de gebruikers (waaronder het gebruik van de gebruikersgroepen). Zijn bij een evenement de communicatieaspecten (voldoende) meegenomen, is er bijvoorbeeld bezien of er tijdelijk extra gesprekscapaciteit noodzakelijk is.

– Menselijk; wordt er wel een goede ethernetdiscipline nageleefd.

– Technisch, hebben de C2000 masten voldoende (permanente) overcapaciteit om ook bij rampen /crisis een redelijke mate van extra gesprekken aan te kunnen.

Bij grote geplande evenementen bestaat de mogelijkheid om de C2000 gesprekscapaciteit te vergroten, zoals bij de Afghanistan top eerder dit jaar is gebeurd. Hiervoor zijn een drietal mobiele opstelpunten beschikbaar. Deze extra capaciteit is niet aangevraagd, hoewel dit beschikbaar was. Bij onverwachte incidenten, zoals bij de Poldercrash, is het extra bijplaatsen van capaciteit niet mogelijk.

Naast de drie beschikbare mobiele opstelpunten zal ik nog 3 tot 5 mobiele opstelpunten aanschaffen. Deze zullen bij de G4 en de KLPD worden geplaatst om bij evenementen zonodig voor extra gesprekscapaciteit te zorgen. Inmiddels is opdracht gegeven om te onderzoeken of het plaatsen en koppelen versneld kan worden, zodat mobiele inzetpunten ook bij onverwachte incidenten inzetbaar zijn.

Het C2000-systeem is landelijk dekkend. Jaarlijks worden er nieuwe opstelpunten geplaatst om de dekking en de verstaanbaarheid te verbeteren. Het operationele veld heeft de wijze van prioritering gemaakt (de zogenaamde DIPP-lijst). Ik zal bekijken in hoeverre dit proces versneld kan worden.

Direct na de poldercrash is een project gestart om te bezien of door een slimme herverdeling van de bestaande capaciteit de mastcapaciteit in risicovolle gebieden verhoogd kan worden. De voorstellen voor herverdeling zullen binnenkort beschikbaar zijn.

Op 31 augustus heb ik het Veiligheidsberaad verzocht om in samenwerking met de andere C2000 gebruikers de C2000 procedures rond grootschalige inzet te bezien op toepasbaarheid en volledigheid, dit waar nodig aan te passen en ook aan te geven hoe de medewerkers van de hulpdiensten geïnstrueerd en geoefend worden.

In mijn brief van 7 september aan de voorzitters van de veiligheidsregio’s vraag ik specifiek aandacht voor het bekend stellen en oefenen door de hulpverleners van de C2000-procedures, medewerking verlenen aan de landelijke herverdeling van de C2000-capaciteit en aandacht voor capaciteit bij grootschalige evenementen.1

Daarnaast zal in crisisplannen en bij de voorbereiding van grootschalige evenementen expliciet aandacht besteedt moeten worden aan het oefenen en het gebruik van de procedures en gesprekscapaciteit van C2000.

Los van de communicatieproblemen met C2000 speelt het vraagstuk van de binnenhuisdekking. Het C2000-systeem garandeert buitenhuisdekking en zal een zekere mate van binnenhuisdekking geven. De eerder dit jaar gesignaleerde problemen bij de brandweer hebben echter geen relatie met het C2000-netwerk. Ook bij het analoge systeem bestond deze problematiek. Belangrijk voor een goede binnenhuiscommunicatie is de kwaliteit van de randapparatuur.

Ik stel op korte termijn een expertgroep in aangevuld met operationele leidinggevenden uit de diverse sectoren en de leverancier C2000, VOF Tetraned (KPN/Getronics), om dit jaar te adviseren over de invulling van bovenstaande acties en om mij te adviseren of aanvullende maatregelen noodzakelijk zijn. In andere landen waar al meerdere jaren ervaring is met soortgelijke systemen (zoals België, Engeland en Zweden), zal navraag worden gedaan naar deze problemen en mogelijke oplossingen.

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

G. ter Horst


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven