25 097
Structuurverandering elektriciteitssector

nr. 12
MOTIE VAN HET LID JORRITSMA-VAN OOSTEN C.S.

Voorgesteld in het nota-overleg van 19 februari 1997

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

van oordeel, dat de ontwikkeling van windenenergie ten onrechte geen optimale kansen krijgt;

van mening, dat de afnemers van met windenergie opgewekte stroom bij deze ontwikkeling een cruciale rol kunnen en moeten spelen en daarbij op dit moment in gebreke blijven;

van mening, dat ook fiscale maatregelen ter bevordering van windenergie momenteel onvoldoende effect hebben;

dringt er bij de regering op aan knelpunten te inventariseren om de ontwikkeling van windenenergie op zo kort mogelijke termijn weer op gang te brengen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Jorritsma-van Oosten

Crone

Remkes

Lansink

Van Dijke

M. B. Vos

Naar boven