25 087 Internationaal fiscaal (verdrags)beleid

Nr. 208 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 22 juni 2018

In de media zijn artikelen verschenen over Shell in relatie tot de dividendbelasting. Naar aanleiding daarvan zijn deze week verschillende vragen gesteld aan mij en de Minister-President, daarom stuur ik u mede namens de Minister-President deze brief. De inhoud van deze brief kan onderdeel uitmaken van het debat van aanstaande dinsdag 26 juni over de dividendbelasting.

Uw Kamer heeft een aanzienlijk aantal vragen hierover gesteld. In de beantwoording van uw vragen zult u lezen dat ik niet overal antwoord op kan geven. Dit komt omdat de wet het mij niet toestaat om in te gaan op individuele belastingplichtigen. Ik voel mee met het ongemak dat leeft bij uw Kamer in deze discussie en daarom heb ik u een besloten, vertrouwelijke technische briefing aangeboden waarin bij hoge uitzondering zal worden ingegaan op de feitelijke situatie van Shell en de daaraan verbonden fiscale gevolgen.

De fiscale geheimhoudingsplicht van artikel 67 Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR) is een belangrijke bouwsteen in ons fiscale stelsel. Om een goede belastingheffing te bevorderen, moet een belastingplichtige erop kunnen vertrouwen dat de door hem verstrekte, veelal privacy- en/of bedrijfsgevoelige, gegevens en inlichtingen bij de Belastingdienst in goede handen zijn. Het openbaar verstrekken van gegevens die vertrouwelijk horen te blijven, schaadt het belang van de betrokkene maar kan ook het vertrouwen in de Nederlandse overheid schaden.

Aan de andere kant onderschrijf ik de noodzaak om de Kamer in staat te stellen de wetsuitvoering door het kabinet te controleren. De Kamer heeft ook recht op inlichtingen op basis van artikel 68 van de Grondwet. Inlichtingen aan uw Kamer worden in beginsel openbaar verstrekt, hetgeen niet mogelijk is wanneer het een individuele belastingplichtige betreft. In de beantwoording van uw vragen ga ik hier verder op in. Dat geldt ook voor de werking van artikel 67, derde lid, AWR dat betrekking heeft op het verlenen van ontheffing van de geheimhoudingsplicht. Het gaat hier doorgaans om het verstrekken van gegevens aan een bepaalde instantie. Het publiekelijk, openbaar verstrekken van gegevens van individuele belastingplichtigen is van een andere orde. De vertrouwelijkheid van fiscale gegevens verzet zich tegen openbare verstrekking van gegevens die betrekking hebben op of herleidbaar zijn tot een individuele belastingplichtige.

Om de balans te vinden tussen artikel 67 AWR en artikel 68 van de Grondwet, heb ik besloten u een besloten, vertrouwelijke technische briefing aan te bieden. Daarnaast kijk ik ook naar de rulingpraktijk in zijn algemeenheid. Ik ben in dat kader bezig met een herziening van de rulingpraktijk waarbij ook naar de transparantie zal worden gekeken. Mijn ambitie is dat de nieuwe vormgeving van de rulingpraktijk staat per 1 januari 2019. Ik verwacht u dit najaar nader te kunnen informeren over de plannen voor de herziening en het verdere tijdpad van implementatie.

Op 19 juni 2018 is bij de regeling van werkzaamheden door het lid Wilders (PVV) gevraagd om een oordeel over de artikelen die verschenen zijn in het dagblad Trouw (Handelingen II 2017/18, nr. 95, Regeling van Werkzaamheden). In deze artikelen wordt geen algemeen fiscaal vraagstuk belicht, maar een specifieke multinational. Omdat het hier over casuïstiek gaat die op één specifieke belastingplichtige betrekking heeft, onthoud ik mij op grond van artikel 67 AWR van inhoudelijk commentaar.

Ten slotte vindt u in de bijlage de antwoorden op de vragen van:

  • de leden Omtzigt (CDA), Bruins (ChristenUnie), Van Weyenberg (D66) en Lodders (VVD) over rulings over de dividendbelasting (Aanhangsel Handelingen II 2017/18, nr. 2527);

  • de leden van de vaste Commissie voor Financiën naar aanleiding van een publicatie in dagblad Trouw («Shell ontwijkt dividendbelasting») (Aanhangsel Handelingen II 2017/18, nr. 2526);

  • het lid Leijten (SP) over het bericht Tips & tricks bij een vaststellingsovereenkomst met fiscus» (Kamerstuk 25 087, nr. 209).

De Staatssecretaris van Financiën, M. Snel

Naar boven