nr. 1
KONINKLIJKE BOODSCHAP
Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Wij bieden U hiernevens ter overweging aan een voorstel van wet houdende
wijziging van de inkomensgrens ziekenfondsverzekering voor AOW-gerechtigden.
De memorie van toelichting, die het Wetsvoorstel vergezelt, bevat de gronden
waarop het rust.
En hiermede bevelen Wij U in Godes heilige bescherming.
's-Gravenhage
21 oktober 1996
Beatrix
nr. 2
VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om voor AOW-gerechtigden
met een gering aanvullend pensioen de toegang tot de verplichte ziekenfondsverzekering
te verruimen; dat in verband hiermee de inkomensgrens van de ziekenfondsverzekering
voor AOW-gerechtigden per 1 januari 1997 op een hoger bedrag dient te worden
vastgesteld dan bij toepassing van de bestaande indexeringsmethodiek het geval
zou zijn;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
ARTIKEL I
Het in artikel 3, eerste lid, onder c, van de Ziekenfondswet genoemde
bedrag wordt telkens vervangen door: f 35 300.
ARTIKEL II
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.
Lasten en bevelen dat deze wet in het Staatsblad zal worden geplaatst
en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,