25 053
Een afzonderlijke inkomensvoorziening voor kunstenaars (Wet inkomensvoorziening kunstenaars)

nr. 12
AMENDEMENT VAN DE LEDEN LAMBRECHTS EN VAN NIEUWENHOVEN

Ontvangen 30 september 1997

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

Artikel 9 wordt als volgt gewijzigd:

I

In het eerste lid, onderdeel a, wordt «verminderd met de overeenkomstig het vierde lid in aanmerking te nemen beroepskosten» vervangen door: verminderd met de overeenkomstig het derde en vierde lid vastgestelde beroepskosten.

II

Het derde lid wordt vervangen door:

3. De hoogte van de uitkering is het verschil tussen enerzijds het in aanmerking te nemen inkomen, verminderd met de overeenkomstig het vierde lid in aanmerking te nemen beroepskosten, of, indien de kunstenaar aantoont dat de werkelijke beroepskosten hoger zijn, die werkelijke beroepskosten, en anderzijds het bedrag genoemd in het tweede lid.

Toelichting

Dit amendement maakt het mogelijk de werkelijke beroepskosten af te trekken indien die hoger zijn dan de forfaitaire bedragen.

Lambrechts

Van Nieuwenhoven

Naar boven