25 035
Wijziging van de Coördinatiewet Sociale Verzekering en de Invorderingswet 1990 in verband met de invoering van de opdrachtgeversaansprakelijkheid en de kopersaansprakelijkheid in de confectiesector en invoering van een vrijwaringsregeling in de ketenaansprakelijkheid

nr. 8
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 27 maart 2002

Hierbij bied ik u, mede namens de Staatssecretaris van Financiën en de Minister van Justitie, de tweede nota van wijziging bij het bovenvermelde voorstel aan (Kamerstuk 25 035, nr. 9). Dit wetsvoorstel maakt het mogelijk om opdrachtgevers en kopers in de confectiesector aansprakelijk te stellen indien ter zake van vervaardigde confectie geen of te weinig belasting en socialeverzekeringspremie is betaald.

In mijn brief van 30 november 1998 (Kamerstukken II, 1998–1999, 25 035, nr. 7) heb ik geschreven dat het wetsvoorstel zodanig zou worden aangepast dat er tussen aannemer en onderaannemer respectievelijk inlener en uitlener, niet langer een schriftelijke (overmakings-) overeenkomst vereist zal zijn. Dit wordt met deze tweede nota van wijziging gerealiseerd. In dezelfde brief heb ik ook aangegeven dat in de tweede nota van wijziging het door de confectiesector gesignaleerde probleem ten aanzien van het maken van onderscheid tussen de koper van bestaande kleding en de koper van nog te vervaardigen kleding zal worden weggenomen. Dit wordt gerealiseerd door het opnemen in de Coördinatiewet Sociale Verzekering en de Invorderingswet 1990 van de mogelijkheid bij ministeriële regeling nadere regels te stellen. Gedacht kan worden aan regels die ertoe strekken dat de koper die op termijn te leveren kleding bestelt en niet weet of redelijkerwijs niet behoort te weten dat die kleding reeds is vervaardigd de gehele order als koop van nog te vervaardigen kleding mag beschouwen. Hierdoor staat voor hem de mogelijkheid open zich in te dekken voor het aansprakelijkheidsrisico door gebruik te maken van het g-rekeningensysteem.

Nu de besluitvorming van het kabinet in dezen is afgerond kan de behandeling van het wetsvoorstel worden voortgezet.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

J. F. Hoogervorst