25 001
Minderhedenbeleid 1997

nr. 27
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAPPEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Zoetermeer, 22 mei 1997

Tijdens de tweede termijn van de behandeling van het Jaaroverzicht integratiebeleid Etnische Groepen 1997 die plaatsvond op maandag 12 mei jl. (25 001, nr. 25) is mijn brief van dezelfde datum over het mediaminderhedenbeleid besproken.

De fractie van D66 gaf daarbij aan reeds op korte termijn, en niet in het najaar, geïnformeerd te willen worden over het beleid op het terrein van media en minderheden, waarbij het multiculturele aspect centraler zou moeten staan dan in mijn brief van 12 mei jl. het geval is. De fractie van GroenLinks gaf aan een rapportage onvoldoende te vinden en vast te willen houden aan een notitie over media en minderheden, waarin het beleid van de afgelopen jaren wordt geëvalueerd. In antwoord hierop kan ik het volgende mededelen.

Zoals ik reeds heb toegezegd zal ik op korte termijn komen met een beleidsstandpunt op de gevraagde reacties van NOS en NPS. Deze omroeporganisaties zullen op mijn verzoek reageren op de resultaten van het recente onderzoek naar de gevolgen van de opkomst van satelliettelevisie uit de landen van herkomst. In mijn beleidsreactie zal ik vanzelfsprekend ingaan op de problematiek die in de overwegingen van de ingediende motie (Tweede Kamer 1996–1997, 25 001, nr. 22) is vermeld.

Gezien het stadium waarin de overige beleidsmaatregelen en -voornemens die ik in mijn brief van 12 mei jl. heb genoemd zich bevinden, is het weinig zinvol de Kamer daarover reeds op dezelfde termijn te rapporteren. Wel wil ik mijn eerdere toezegging gestand doen in de vorm van een beleidsbrief, waarin de rol van de omroepmedia in de multiculturele samenleving, zoals ook in de ingediende motie verzocht, centraal zal staan. Daarbij zal ik tevens ingaan op de resultaten van het beleid ter zake in de afgelopen jaren.

Ik vertrouw erop hiermee tegemoet te komen aan de bedoelingen van de ingediende motie.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen,

A. Nuis

Naar boven