24 875
Wijziging van de Wet milieubeheer (bepalingen inzake afvalstoffen)

nr. 11
AMENDEMENT VAN DE LEDEN KLEIN MOLEKAMP EN AUGUSTEIJN-ESSER

Ontvangen 1 mei 1997

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

In artikel I worden na onderdeel B twee onderdelen ingevoegd, luidende:

Ba

Na artikel 1.2 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 1.2a

1. Bij de provinciale milieuverordening worden geen regels gesteld, die het naar of uit de provincie brengen van afvalstoffen beperken of uitsluiten.

2. Het eerste lid is niet van toepassing in door Onze Minister bij ministeriële regeling aangegeven categorieën van gevallen, waarin afvalstoffen op of in de bodem worden gebracht om ze daar te laten.

Bb

Na artikel 8.13 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 8.13a

1. Aan een vergunning worden geen voorschriften verbonden, die het naar of uit de provincie brengen van afvalstoffen beperken of uitsluiten.

2. Het eerste lid is niet van toepassing in door Onze Minister bij ministeriële regeling aangegeven categorieën van gevallen, waarin afvalstoffen op of in de bodem worden gebracht om ze daar te laten.

II

In artikel I wordt na onderdeel L een onderdeel ingevoegd, luidende:

La

In artikel 10.22, tweede lid, wordt «Afdeling 3.5 van de Algemene wet bestuursrecht is van toepassing» vervangen door: Artikel 8.13a en afdeling 3.5 van de Algemene wet bestuursrecht zijn van overeenkomstige toepassing.

III

In artikel I komt onderdeel Mb, onder 1, te luiden:

1. In het vierde lid wordt voor «8.14» ingevoegd «8.13a,» en wordt «en 8.15 tot en met 8.25» vervangen door: 8.15 tot en met 8.19 en 8.21 tot en met 8.25.

IV

In artikel I wordt na onderdeel X een onderdeel ingevoegd, luidende:

Xa

Na artikel 22.2 wordt een artikel ingevoegd luidende:

Artikel 22.2a

1. De artikelen 1.2a en 8.13a treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

2. Het tweede lid van artikel 1.2a, het tweede lid van artikel 8.13a, de aanduiding «1.» voor het eerste lid van die artikelen alsmede dit artikel vervallen op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip. Op dat tijdstip:

a. wordt in artikel 10.22, tweede lid, «Artikel 8.13a en afdeling 3.5 van de Algemene wet bestuursrecht zijn van overeenkomstige toepassing» vervangen door «Afdeling 3.5 van de Algemene wet bestuursrecht is van toepassing»;

b. vervalt in artikel 10.36, vierde lid, «8.13a,».

Toelichting

Onderdeel Ba

Het eerste lid van artikel 1.2a stelt een verbod voor om regels te stellen met betrekking tot de overbrenging van alle categorieën van afvalstoffen ten behoeve van alle activiteiten op het terrein van afvalverwijdering. Er mogen dus, bijvoorbeeld, geen regels worden gesteld vanwege provinciegrensoverschrijdende inzameling.

Op grond van het tweede lid kan provinciegrensoverschrijdend vervoer van bepaald afval dat gestort moet worden, voorlopig nog wel worden verboden. Deze categorieën kunnen bij ministeriële regeling worden aangewezen. Gedacht kan worden aan die categorieën die zijn aangewezen in het Besluit stortverbod afvalstoffen, waarvoor het stortverbod nog niet in werking is getreden. Tevens kan gedacht worden aan die categorieën van afvalstoffen die (nog) niet onder het Besluit stortverbod afvalstoffen vallen.

Onderdelen Ba, La en Mb

Naast het verbod van artikel 1.2a moet ook voorkomen worden dat, of via het vergunningstelsel voor inrichtingen op het terrein van afvalstoffen, of via de voorschriften bij inzamelvergunningen, provinciegrensoverschrijdend verkeer van afvalstoffen wordt verboden. Derhalve wordt in hoofdstuk 8 (artikel 8.13a) bepaald dat aan een vergunning voor een inrichting geen voorschrift met een dergelijk verbod mag worden gesteld. Daarnaast wordt artikel 8.13a van overeenkomstige toepassing verklaard met betrekking tot de totstandkoming van de beschikking aangaande een inzamelvergunning voor bedrijfsafvalstoffen, ingezamelde of afgegeven huishoudelijke afvalstoffen dan wel gevaarlijke afvalstoffen. Immers, voor de inzameling van deze categorieën afvalstoffen kan het provinciale bestuur, ingevolge de artikelen 10.21 en 10.36 een vergunningstelsel in het leven roepen. Aan een dergelijke vergunning kan dan bijvoorbeeld geen voorschrift meer verbonden worden, bepalende dat de inzamelaar slechts mag afgeven aan een persoon binnen dezelfde provincie.

Klein Molekamp

Augusteijn-Esser

Naar boven