24 804 Veiligheidsbeleid Burgerluchtvaart

Nr. 83 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 5 maart 2013

Het lid Hachchi (D66) heeft naar aanleiding van de kritiek van de Federal Aviation Administration (FAA) op het kennisniveau van de luchtvaartinspectie (ILT) in oktober 2012 Kamervragen gesteld. Bij de beantwoording van de Kamervragen zijn de brief die de FAA hierover heeft gestuurd en de brief naar aanleiding van een overleg daarna bijgevoegd (Aanhangsel Handelingen II 2012/13, nr. 750).

De FAA is van mening dat een luchtvaartautoriteit voor alle vliegtuigtypen waarvoor de luchtvaartmaatschappijen van het betreffende land gecertificeerd moeten worden, de beschikking moet hebben over een inspecteur met een geldige type rating op dat type vliegtuig. Het gaat om inspecteurs met een bevoegdheid als vlieger op een bepaald type vliegtuig die werkzaamheden verrichten voor de certificering van dat type vliegtuigen. De European Aviation Safety Agency (EASA) had op dit punt geen bevindingen op de ILT.

Naar aanleiding van de discussies met FAA wordt door EASA aan de verduidelijking van de Europese procedures gewerkt. ILT heeft vooruitlopend daarop acties ingezet. Er is een overeenkomst met de Engelse autoriteit gesloten en er worden gepensioneerde Nederlandse vliegers ingehuurd om certificeringstaken uit te voeren.

De FAA heeft tijdens haar bezoek op woensdag 16 januari tot tevredenheid vastgesteld dat ILT luchtvaart voor wat betreft de vergunningverlening en het toezicht op luchtvaartmaatschappijen over voldoende gekwalificeerde inspecteurs beschikt. FAA is zeer tevreden met de genomen maatregelen en de uitwerking ervan. «Een voorbeeld voor Europa», zo werd gezegd. De brief waarin de FAA dit bevestigd zend ik u hierbij toe.1

De staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, W.J. Mansveld


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer

Naar boven