Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 maart 2020
Conform het verzoek van de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat van 5 februari
jl. informeer ik uw Kamer hierbij over het borgen van de veiligheid op luchthavens
in verband met drones.
Incidenten rondom luchthavens met drones zoals op Gatwick Airport in december 2018
en meer recent op Madrid-Barajas Airport op 2 februari jl. hebben geleid tot toegenomen
aandacht voor de veiligheid op Nederlandse luchthavens in verband met drones. Het
ministerie is hierbij actief betrokken vanuit de verantwoordelijkheid als bevoegde
autoriteit voor burgerluchtvaart en de algemene verkeersveiligheid in de lucht. In
Nederland zijn in samenwerking met betrokken partijen uit de luchtvaart- en veiligheidssector
maatregelen ontwikkeld tegen mogelijke bedreigingen door drones. De ontwikkelde maatregelen
en procedures dragen bij aan het waarborgen van de veiligheid van het luchtverkeer
en de veiligheid op de grond.
Naast preventieve maatregelen, waarop vanwege veiligheidsredenen in deze brief niet
verder kan worden ingegaan, is vanaf begin 2019 met alle betrokken partijen, waaronder
het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, het Ministerie van Justitie en Veiligheid,
de Koninklijke Marechaussee, de Nationale Politie, de Luchtverkeersleiding Nederland
(LVNL), de lokale autoriteiten, de KLM en de luchthavenexploitanten, het onderwerp
drones nog hoger op de agenda gezet. Er is gewerkt aan responseprocedures om droneverstoringen
snel te beëindigen en eventuele verstoringen van het vliegverkeer tot een minimum
te beperken. Daarnaast vinden er regelmatig overleg en oefeningen plaats om luchthavens
voor te bereiden op eventuele incidenten met drones. Ook vindt op internationaal niveau
uitwisseling van best practices plaats tussen luchthavens en overheden.
In het najaar van 2019 heeft in samenwerking met Schiphol, LVNL, de Koninklijke Marechaussee,
de politie, veiligheidsregio Kennemerland en nabijgelegen gemeenten een brede voorlichting
plaatsgevonden rondom luchthaven Schiphol. Doel van deze voorlichting was om dronevliegers
te wijzen op de risico’s van het vliegen in de buurt van luchthavens.
Per 1 juli van dit jaar treden nieuwe Europese regels voor het gebruik van drones
in werking. Een aantal elementen uit deze regelgeving draagt bij aan de handhaafbaarheid
van dronepiloten die overtredingen begaan. Zo wordt het voor droneoperators bijvoorbeeld
verplicht zich te registreren. Europese lidstaten hebben de mogelijkheid gekregen
om zones in te stellen waar afgeweken kan worden van deze Europese regels. Het instellen
van no-fly zones behoort ook tot de mogelijkheden. Het ministerie is momenteel met
betrokken overheids- en sectorpartijen aan het verkennen in hoeverre het instellen
van no-fly zones, los van de plekken waar het vanuit nationale regelgeving al verboden
is om te vliegen, een reële optie is om onder andere de veiligheid op luchthavens
te borgen.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga