24 804 Veiligheidsbeleid Burgerluchtvaart

Nr. 102 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 22 oktober 2019

Tijdens de rondvraag van de procedurevergadering in de Tweede Kamer op 1 oktober jl. verzocht het lid Paternotte (D66) een reactie over de recente droneaanvallen in Saoedi-Arabië met betrekking tot het «Convenant inzake de deling van dreigingsinformatie voor de burgerluchtvaart» tussen overheidspartijen, Nederlandse luchtvaartmaatschappijen en de Vereniging Nederlandse Verkeersvliegers van 30 juni 2016 (het convenant).

Ten aanzien van de gebeurtenissen inzake de drone aanvallen in Saudi-Arabië kan ik u het volgende melden. In de vroege ochtend van 14 september 2019 zijn olie-installaties in het Noordoosten van Saudi-Arabië geraakt door meerdere drones, zogenaamde Unmanned Aircraft Systems (UAS).

Zoals ik de Tweede Kamer heb gemeld in de brief van 2 juli jl. over de derde evaluatie van het convenant,1 delen de partijen van de expertgroep actief dreigingsinformatie. Er is in de afgelopen periode verscherpte aandacht geweest voor de ontwikkelingen rond de Perzische Golf en de Golf van Oman.2

Ook in het kader van de recente droneaanvallen is informatie gedeeld en heeft de expertgroep zijn werk gedaan. De informatie die in de expertgroep gedeeld is heeft bijgedragen aan de risicoanalyses die door de luchtvaartmaatschappijen zijn uitgevoerd. De reeds beschikbare informatie is met deze informatie gevalideerd en bijgesteld. De luchtvaartmaatschappijen hebben aangegeven dat dit van grote waarde is gebleken en van invloed is geweest op het al dan niet uitvoeren van bepaalde vluchten.

De expertgroep blijft de ontwikkelingen in de landen rondom de Perzische Golf nauwgezet volgen. Ook op Europese schaal (via DGHOME) worden de ontwikkelingen nauwgezet gevolgd en besproken. De resultaten van deze besprekingen worden door de expertgroep meegenomen.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga


X Noot
1

Kamerstuk 24 804, nr. 100.

X Noot
2

Zie ook Kamerstuk 33 997, nr. 142.

Naar boven