Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 25 oktober 2023
In mijn brief van 24 juli1 gaf ik uw Kamer een update over een aantal zaken die spelen op het terrein van de
uitwonendenbeurs. Ik stond daarbij onder meer stil bij de precieze opdrachtformulering
van het onderzoek, de doorlichting van processen binnen DUO en de hervatting van lopende
zaken.
Met deze brief ga ik in op de voortgang die zich sindsdien heeft voortgedaan op een
aantal onderdelen.
In de eerste plaats kan ik uw Kamer melden dat in een aanbestedingsprocedure2 waaraan drie onderzoeksbureaus deelnamen, het bureau PricewaterhouseCoopers Accountants
N.V. is geselecteerd om het externe onderzoek uit te voeren naar de wijze waarop de
uitwonendencontrole door DUO tot voor kort plaatsvond. Dit onderzoek is nu in volle
gang. Op dit moment is het beeld dat het onderzoek op zijn vroegst begin december
kan worden afgerond. Ik zal u hierover nader berichten zodra er meer duidelijkheid
over is.
Een tweede onderwerp waar ik uw Kamer over informeer, betreft de herinrichting van
de controle op de uitwonendenbeurs met ingang van het nieuwe studiejaar. Eerder heb
ik met uw Kamer afgesproken dat deze controle voorlopig uitsluitend plaatsvindt volgens
een willekeurige steekproef. Ik ben voornemens bij de concrete vormgeving van het
controleproces rekening te houden met studenten in een kwetsbare positie. Dit betekent
dat na de aselecte steekproeftrekking, bepaalde categorieën studenten in een kwetsbare
positie van de controle worden uitgezonderd. Hierbij gaat het om de volgende categorieën
(voor zover DUO over deze gegevens beschikt):
-
– studenten die verblijven in zorginstellingen;
-
– studenten die beschermd wonen (bijv. Leger des Heils) of begeleid wonen;
-
– studenten die ingeschreven staan op een gemeentelijk briefadres (bijv. dak- en thuislozen);
-
– studenten die onder curatele gesteld zijn;
-
– studenten die verblijven in een crisisopvang (Blijf-van-mijn-lijf-huizen);
-
– studenten die bij DUO bekend zijn als gedupeerde ouder in de toeslagenaffaire, of
als partner of ex-partner van een gedupeerde;
-
– studenten die vermist worden of waarbij sprake is van een vermoeden van overlijden.
Dit was ook voor stopzetting van het selectiemodel vaste uitvoeringspraktijk als mensen
in het selectiemodel werden geselecteerd. De reden dat ik dit wil behouden in de tijdelijke
aanpak is dat controles een disproportioneel grote impact hebben op deze kwetsbare
groep. Sowieso is een huisbezoek een ingrijpende controlemaatregel die inbreuk maakt
op de persoonlijke levenssfeer van de student en eventuele medebewoners. Daarom
wil ik ook nieuwe controlevormen verkennen waarbij ik wil bezien onder welke voorwaarden
het mogelijk is in bepaalde gevallen uitwonendheid vast te stellen op grond van een
informatieuitvraag, op zodanige wijze dat kan worden afgezien van inzet van het middel
van huisbezoek. Het gaat hier om een werkwijze waarbij op basis van de controlebevoegdheid
bewijsstukken opgevraagd worden waarmee de student kan aantonen uitwonend te zijn.
Ik ben voornemens deze verkenning aan de hand van een zeer beperkte sub-steekproef
ter hand te nemen om daarvan te leren. Voor de volledigheid benoem ik dat bij deze
verkenning uiteraard de grootst mogelijke zorgvuldigheid wordt betracht.
Ten slotte is vermeldenswaard dat op het terrein van de uitwonendenbeurs recent de
bijgevoegde rapportage van de Auditdienst Rijk «DUO beheersing privacyaspecten proces
uitwonendencontrole» is verschenen. Dit onderzoek dat is gestart in december 2022,
is uitgevoerd op verzoek van DUO. Het gaat niet in op mogelijke discriminatie maar
focust zich conform de destijds gestelde vraag op privacyaspecten. Er is onderzoek
gedaan of is voldaan aan de gestelde eisen van bescherming van persoonsgegevens volgens
wet- en regelgeving over privacy binnen twee deelprocessen van de uitwonendencontrole.
DUO heeft alle aanbevelingen van de ADR overgenomen en op een aantal punten reeds
gerealiseerd.
Indien er zich op dit onderwerp nieuwe ontwikkelingen voordoen zal ik uw Kamer hierover
nader berichten.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, R.H. Dijkgraaf